2/2 theorie tekstsoorten, zelfstudie

DE PLANNING VAN DEZE LES
0.  Licentie koppelen in Taalblokken: 23-24WKwo4-n3 als je BN31 volgt en 23-24WK04-n4 als je BN41a of 41b volgt. 

1.    Theorie tekstsoorten
2.   Zelfstudie 
3.   Tussentoets (oud)

Lesdoelen:
Je kent de kenmerken van de vier tekstsoorten
Je kan een voorbeeld opnoemen van elk van de vier tekstsoorten

1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

DE PLANNING VAN DEZE LES
0.  Licentie koppelen in Taalblokken: 23-24WKwo4-n3 als je BN31 volgt en 23-24WK04-n4 als je BN41a of 41b volgt. 

1.    Theorie tekstsoorten
2.   Zelfstudie 
3.   Tussentoets (oud)

Lesdoelen:
Je kent de kenmerken van de vier tekstsoorten
Je kan een voorbeeld opnoemen van elk van de vier tekstsoorten

Slide 1 - Slide

THEORIE
Over tekstsoorten, de eerste bouwsteen van Taalblokken. 

Slide 2 - Slide

Instructieve tekst
Een instructieve tekst geeft stap-voor-stap instructies over hoe iets gedaan moet worden, bijvoorbeeld een handleiding. Of een recept uit een kookboek. Of één regel: 
- Bij het verzamelen van gegevens voor een boominventarisatie, meet de diameter van de boom op borsthoogte.
- Bij het observeren van vogels is het belangrijk om stil te zijn en een verrekijker te gebruiken om ze van dichtbij te bekijken.
- Om bodemerosie te voorkomen, installeer dammen en terrassen op hellingen in bosgebieden.

Kenmerk Nederlands: gebiedende wijs (vorm van lopen/ik-vorm)

Slide 3 - Slide

Informatieve tekst
Een informatieve tekst geeft feitelijke informatie over een onderwerp, bijvoorbeeld een artikel over explosieven in bos en natuur.

Slide 4 - Slide

Verhalende tekst
Een verhalende tekst vertelt een verhaal met personages, gebeurtenissen en een plot, bijvoorbeeld een roman over wat de natuur ons leert.


Slide 5 - Slide

Betogende tekst
(3F) Een betogende tekst probeert de lezer te overtuigen van een standpunt, bijvoorbeeld een artikel waarin de voordelen van een bepaalde aanpak worden besproken, zoals het belang van bos- en natuurbehoud voor toekomstige generaties en de invloed erop door de industrie. 
Ook tegenargumenten voor een dergelijk belang worden beschreven. 

Slide 6 - Slide

Activerende tekst
Een activerende tekst spoort de lezer aan om actie te ondernemen, bijvoorbeeld een advertentie voor een nieuwe cursus. Of iets voor jouw auto. Ook een pamflet van een politieke partij valt onder activerende tekst. Je moet iets doen, je moet op hen stemmen.


Slide 7 - Slide

OEFENEN
Als je bent ingelogd op Taalblokken en je gekoppeld bent met 23-24WKwo4-n3 als je BN31 volgt en 23-24WK04-n4 als je Bos en Natuur41a of 41b volgt, dan staan de opdrachten op de volgende slide

Heb je nog geen licentie, regel dat dan vóór de volgende les. 
Je kunt nu doorgaan met de StartUp.

Slide 8 - Slide

TAALBLOKKEN
> Nederlands 2F (BN31) of 3F
> Bouwstenen
> 01. Tekstsoorten
> Voorbeeld en theorie: je begint altijd met de theorie op pagina 3. Dan maak je de opdrachten op pg 1 en 2. 

> Vervolgens maak je de tussentoets (oud). Onthoud het cijfer dat je haalt, dat wordt niet geregistreerd, maar dat is om te kijken wat je nog kunt bijspijkeren, voordat je de uiteindelijke, 'echte' toets gaat maken. 

Heb je een vraag, of wil je iets uitgelegd? Steek je hand op, ik kom naar je toe. 

Slide 9 - Slide

EINDE VAN DE LES

Slide 10 - Slide