Lezen klas 2 - H3 - Tekstverbanden


Lezen H3
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson


Lezen H3

Slide 1 - Slide

Wat weet je al van LEZEN?
  • onderwerp, deelonderwerp
  • hoofdgedachte
  • kernzin
  • alinea's (witregels, inspringen)
  • tussenkop
  • bronvermelding
  • tekstsoort
  • tekstdoel
  • illustraties

Slide 2 - Slide

Tekstverband

Een tekstverband geeft aan wat twee zinnen of twee alinea's met elkaar te maken hebben.

In deze paragraaf worden 2 tekstverbanden uitgelegd.

Slide 3 - Slide

Verband tussen zinnen
Ik heb goed geleerd voor de toets.
Ik heb woordjes geleerd.
De zinnen heb ik geoefend.
Mijn moeder heeft me overhoord.

Dit zijn losse zinnen die (nog) niets met elkaar te maken hebben.

Slide 4 - Slide

Ik heb goed geleerd voor de toets. Allereerst heb ik woordjes geleerd en heb ik de zinnen geoefend. Ook heeft moeder me overhoord.
De zinnen zijn nu met elkaar verbonden. 
Aan de woordjes ALLEREERST, EN en OOK kun je zien wat de zinnen met elkaar te maken hebben. Er wordt namelijk iets opgesomd. Dit noem je een OPSOMMEND verband

Slide 5 - Slide

Een opsommend verband =

Twee of meer zinnen of alinea's vormen samen een opsomming.

Slide 6 - Slide

OPSOMMEND VERBAND

Slide 7 - Slide

Verband tussen zinnen
Ik heb goed geleerd voor de toets.
Ik heb een onvoldoende gehaald.

Dit zijn losse zinnen die (nog) niets met elkaar te maken hebben.

Slide 8 - Slide

Verband tussen zinnen
Ik heb goed geleerd voor de toets, maar ik heb een onvoldoende gehaald.

De zinnen zijn nu met elkaar verbonden.
Aan het woordje MAAR kun je zien wat de zinnen met elkaar te maken hebben. Er zit namelijk een tegenstelling in.
Dit noem je een TEGENSTELLEND verband

Slide 9 - Slide

Een tegenstellend verband =

Twee of meer zinnen of alinea's vormen samen een tegenstelling.

Slide 10 - Slide

TEGENSTELLEND VERBAND

Slide 11 - Slide

Hoe herken je een tekstverband?

Je gaat op zoek naar signaalwoorden. Deze woorden vertellen je wat het verband is.

Slide 12 - Slide