Stoffen les 1 paragraaf 1

Welkom
Telefoon in telefoontas
Schrift/boek/pen/potlood/geodriehoek/rekenmachine op tafel
Petten af
Voor deze les ook laptop erbij hebben
1 / 19
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Welkom
Telefoon in telefoontas
Schrift/boek/pen/potlood/geodriehoek/rekenmachine op tafel
Petten af
Voor deze les ook laptop erbij hebben

Slide 1 - Slide

Deze les(sen)
Begin hoofdstuk 3: Stoffen

Aan het einde van de les weet je;
Wat mengsels zijn
Wat zuivere stoffen zijn
Wat stof eigenschappen zijn

Kan je uitleggen wat dichtheid is



 

Slide 2 - Slide

Vorige les
Toets, dus geen herhaling

Slide 3 - Slide

Is limonade een mengsel of een zuivere stof
A
Mengsel
B
Zuivere stof

Slide 4 - Quiz

Zuivere stoffen
Zuivere stoffen bestaan alleen uit wat ze zijn. Deze kan je dus niet uit elkaar halen.
Voorbeelden zout/suiker

Slide 5 - Slide

Mengsels
Zoals je al verwacht, verschillende stoffen gemengd met elkaar.
Denk hierbij aan Cola, lucht, kraanwater

Slide 6 - Slide

Beschrijf de stofeigenschappen van limonade
(waarnemingen als je limonade voor je hebt)

Slide 7 - Open question

Hoe zou je ijzer aan iemand beschrijven die het nog nooit gezien had?

Slide 8 - Open question

Stofeigenschappen
Dit zijn eigenschappen van stoffen (duhh) die de stof altijd beschrijven (vaak met zintuigen)
Voorbeeld suiker: Zoet, korrelig, wit
Zilver: glimmend, hard en zilverkleurig

Slide 9 - Slide

Voorwerpeigenschappen
Dit zijn eigenschappen van stoffen die de stof beschrijven (vaak met zintuigen), maar niet altijd waar zijn. Maar vaak wel op dat moment
Je kan 3 liter water hebben, maar dat betekent niet dat water altijd 3 liter is.
Het raam is nu de 10 graden, maar dat zal vannacht een stuk minder zijn.


Slide 10 - Slide

Water is vloeibaar, eens of oneens?
leg uit

Slide 11 - Open question

Stof- en voorwerpeigenschappen
Stofeigenschappen zijn dus altijd waar
Voorwerpeigenschappen zijn niet altijd waar

"Water is vloeibaar" is niet altijd waar
"Water is vloeibaar bij 20 graden Celsius" is wel altijd waar
"Suiker is zoet" is altijd waar
"Suiker heeft een massa van 1 kg" is niet altijd waar

Slide 12 - Slide

Opdrachten maken van paragraaf 1 hoofdstuk 3
Maak opdracht 1, 2, 3 en 5

Slide 13 - Slide

Introductie filmpje dichtheid
Sorry voor de waardeloze kwaliteit

https://www.youtube.com/watch?v=-fC2oke5MFg

Slide 14 - Slide

Wat was overduidelijk het verschil het staal en de veren?
A
Massa
B
Gewicht
C
Volume

Slide 15 - Quiz

Dichtheid
Dichtheid is een stofeigenschap die wij heel veel gebruiken bij natuur- en scheikunde
Het geeft aan hoe zwaar iets is, als het een bepaalde volume heeft
Zo kan je ALLE stoffen vergelijken met elkaar

Slide 16 - Slide

Dichtheid
Om het makkelijk voor iedereen te maken zorgen we dat wij in de eenheid van dichtheid altijd naar gram per cm³ of kilogram per dm³ gaan

Slide 17 - Slide

Dichtheid
Hoeveel volume is er toegenomen? 3 cm³

Massa van sleutel is 18 gram

Dan is de dichtheid
6 gram per cm³

Slide 18 - Slide

Maak nu de opdrachten van paragraaf 1

Opdrachten: 1 t/m 12

Huiswerk: 1 t/m 12

Slide 19 - Slide