Nicole zet koffie voor Herman.
''Koffie zetten'' zijn twee losse woorden.
''Koffie zetten'' is geen scheidbaar werkwoord.
Dus: koffie hoort niet bij het werkwoord/ wg
De agente houdt de dief uiteindelijk toch aan.
''Aanhouden'' schrijf je wel aan elkaar, maar kan gescheiden worden.
Dus: aanhouden is wel een scheidbaar werkwoord.
Dus: aan hoort bij het werkwoord en het wg
De agente ondervraagt de dief.
''Onder en ''vragen'' kunnen niet los van elkaar.
''Ondervragen'' is geen scheidbaar werkwoord.