8.3 Democratisering

8.3
Democratisering
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

8.3
Democratisering

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag?
Toets nabespreken.
Leren hoe de democratie zich ontwikkelde in Nederland.
Leren hoe de democratie in Nederland nu werkt --> verkiezingen morgen!!

Slide 2 - Slide

Toets bespreken
Pak een potlood.
Je zet een sterretje bij vragen waar je denkt meer punten te verdienen.
Klassikale vragen stel je alléén als het voor iedereen relevant is.
Eigen vragen stel je na afloop.

Slide 3 - Slide

Democratisering
  • Nadat Napoleon verslagen is, wordt Nederland in 1815 samengevoegd met België tot Koninkrijk Holland.
  • 1830: Belgen komen in opstand tegen de Nederlanders --> strijd tussen Nederland en België.
  • 1839: België verlaat Koninkrijk Holland.
  • 1848: Hongersnoden en onvrede over terugkeer ancien régime in Europa --> overal in Europa revolutie.
  • Koning Willem II is bang voor zijn positie en tekent uit voorzorg de nieuwe grondwet van Thorbecke waarmee hij zijn macht uit handen geeft.
  • Cencuskiesrecht: alleen de 12% rijkste mannen mocht stemmen.
  • 1917: algemeen mannenkiesrecht.
  • 1919: algemeen vrouwenkiesrecht.

Slide 4 - Slide

Aan de slag!
Maak oefenexamenvraag 1.
Je hebt zeven minuten de tijd.

Klaar? Maak ook alvast opdracht 2.
timer
7:00

Slide 5 - Slide

Antwoord oefenexamenvraag
Een juist antwoord bevat een juiste afweging waarom bron 9 betrouwbaarder informatie bevat dan bron 10, bijvoorbeeld:
• Bron 9 bevat de meest betrouwbare informatie voor je onderzoek omdat Willem openlijk/publiekelijk aangeeft op welke wijze hij de omwenteling van conservatief naar liberaal heeft gemaakt waardoor hij het niet mooier voorstelt dan dat het is / omdat de informatie te controleren is 2
• Bron 10 bevat de minst betrouwbare informatie voor je onderzoek omdat dit een privébrief van Anna Paulowna aan haar broer is. Zij wil waarschijnlijk niet aan haar broer laten blijken dat haar echtgenoot is gedwongen tot een overstap naar de constitutionele democratie / de reputatie van haar man hooghouden 2

Slide 6 - Slide

Beelden om te onthouden
  • Je werkt in groepjes van ongeveer vier.
  • Steeds mag één groepslid naar voren komen om 10 seconde de afbeelding te bekijken.
  • Als de leerling terug is mag hij uitleggen wat hij heeft gezien en de afbeelding natekenen.
  • Dan mag het volgende groepslid naar voren komen om 10 seconde de afbeelding te bekijken, tot iedereen is geweest.
  • Daarna maak je de spotprent samen af en beantwoord je de vragen.

Slide 7 - Slide

Beelden om te onthouden
Beschrijf kort wat je ziet gebeuren op de bron.

……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………
Beredeneer aan de hand van bronelementen in hoeverre de maker van de bron een voor- of tegenstander van vrouwenkiesrecht was.
……………………………………………………………………………………………………………
……………………………………………………………………………………………………………




Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Stof begrepen?
Zet de gebeurtenissen op de juiste volgorde:
a. De nieuwe grondwet van Thorbecke wordt ingevoerd.
b. Nederland en België worden samengevoegd tot Koninkrijk Holland.
c. Algemeen vrouwenkiesrecht.
d. Algemeen mannenkiesrecht.
e. Overal in Europa revoluties.

Slide 11 - Slide

Antwoorden
Zet de gebeurtenissen op de juiste volgorde:
b. Nederland en België worden samengevoegd tot Koninkrijk Holland.
e. Overal in Europa revoluties.
a. De nieuwe grondwet van Thorbecke wordt ingevoerd.
d. Algemeen mannenkiesrecht.
c. Algemeen vrouwenkiesrecht.

Slide 12 - Slide

Aan de slag!
Maak oefenexamenvraag 2.
Je hebt zeven minuten de tijd.

Klaar? Maak ook alvast opdracht 3.
Opdracht 1 t/m 3 niet af = huiswerk!
timer
7:00

Slide 13 - Slide

Antwoorden oefenexamenvraag
Voorbeeld van een juist antwoord is:
• De democratisering in Nederland werd bevorderd omdat door de verlaging van de census meer mannen / burgers kiesrecht kregen 1
• Vrouwen hadden voor 1887 geen kiesrecht en dat bleef zo 1
• De toevoeging wijst erop dat wat in 1848 nog vanzelf sprak, (namelijk dat vrouwen geen kiesrecht konden hebben) veertig jaar later moest worden vastgelegd omdat de emancipatiebeweging voor vrouwen op gang was gekomen / er discussie was ontstaan over de positie van vrouwen 1

Slide 14 - Slide