Herhalen hoofdstuk 2

Wat gaan we vandaag doen?
- laatste informatie voor de toets
- Controleren huiswerk 2.8
- Quizvragen over hoofdstuk 2
- Tijd om vragen te stellen over de lesstof

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat gaan we vandaag doen?
- laatste informatie voor de toets
- Controleren huiswerk 2.8
- Quizvragen over hoofdstuk 2
- Tijd om vragen te stellen over de lesstof

Slide 1 - Slide

Over de toets
- We maken de toets op school!
- Dyslexie? Neem oortjes mee voor Claroread!
- We maken hem op papier (laptop voor Claroread)
- Zelfde opzet als Toets Hoofdstuk 1
- Je moet goed leren en oefenen!


Slide 2 - Slide

Als iets echt of werkelijk is gebeurd, noem je dat een ...
Een........ is wat iemand ergens van vindt of over denkt.
mening
feit

Slide 3 - Drag question

Feit of mening?
Ik heb geen broers.
A
feit
B
mening

Slide 4 - Quiz

Feit of mening?
Koken is moeilijk.
A
feit
B
mening

Slide 5 - Quiz

Bij online formulieren moet je de vragen die gemarkeerd zijn met een * verplicht invullen
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quiz

Wat voor soort formulier is dit?
A
aanmeldingsformulier voor een sportclub
B
bestelformulier voor een kledingwinkel
C
bestelformulier voor een supermarkt

Slide 7 - Quiz

Wat is een synoniem voor 'ontploffing'?
A
Explosie
B
Vooruitgang
C
Onderzoeken
D
Ontketenen

Slide 8 - Quiz

Wat is het synoniem van:

Kalm
A
Makkelijk
B
Rustig

Slide 9 - Quiz

Wat zijn voorbeelden van synoniemen?
A
groot en groter
B
viool en trompet
C
stuk en kapot
D
dag en nacht

Slide 10 - Quiz

Welk duo is een synoniem?
A
Bril-vergrootglas
B
Kaal-haarloos
C
Trui- t-shirt
D
Hal-garage

Slide 11 - Quiz

Perfect, foutloos
Alles zeggen wat je dwars zit
Heel bijzonder en wat de aandacht trekt
Dramatisch en ontroerend
Gewelddadig, als je snel geweld gebruikt
Erbij horen, belangrijk zijn
Uitkomst, dat wat iets oplevert
Verbaasd en in de war
Meetellen
Agressief
Aangrijpend
Spectaculair
Het resultaat
Verbijserd

Slide 12 - Drag question

Wat zijn zelfstandig naamwoorden?
A
Peter, Winterswijk, tafel
B
De, het, een
C
Slimme, mooie, rode
D
Lopen, werken, denken

Slide 13 - Quiz

Wat is GEEN
zelfstandig
naamwoord?
A
olifant
B
schoen
C
onder
D
worst

Slide 14 - Quiz

lw
lw
zn
zn
ww
ww
De
Voetballer
ging
een
rennen
rondje

Slide 15 - Drag question

Het vliegtuig (landen) op Schiphol

Slide 16 - Open question

Ik (melden) de brand bij de brandweer

Slide 17 - Open question

Kim (verzinnen) altijd een smoesje

Slide 18 - Open question

(Besteden) jij niet te veel geld aan kleding?

Slide 19 - Open question

Vragen over de toets?

Slide 20 - Slide