Les 1: opfrissen, klassieke tragedie

Welkom!
Pak alvast: laptop, reader en Dautzenberg
Laptops blijven dicht
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Pak alvast: laptop, reader en Dautzenberg
Laptops blijven dicht

Slide 1 - Slide

Deze les
Even opfrissen
Klassieke tragedie
- Korte uitleg
- Opdracht 

Slide 2 - Slide

Lesdoel
Aan het eind van de les...
... weet je wat een klassieke tragedie is en kan je kenmerken van een tragedie opnoemen en herkennen.

Slide 3 - Slide

Even opfrissen
  • Pak pen en papier
  • Er komen 4 vragen op het bord
  • Noteer voor jezelf het antwoord 

Slide 4 - Slide

Vraag 1
Wat zijn de drie hoofdkenmerken van de renaissancekunst/ literatuur?

Slide 5 - Slide

Vraag 2
In de renaissance keek men weer terug naar de klassieke oudheid. Op welke drie manieren baseerden schrijvers zich op klassieke voorbeelden? Benoem de Latijnse termen.

Slide 6 - Slide

Vraag 3
  • Bekijk de genres op de volgende dia
  • Welke toelichting past bij welk genre?
  • Koppel 1 t/m 6 aan A t/m E

Slide 7 - Slide

Klaagzang
Hekeldicht
Aforisme
Essay
Sonnet
Epigram

Gedicht met 14 regels, vast rijmschema en een wending

Korte, krachtige zin met levensles

Kort gedicht met grappige inhoud, vaak met een woordspeling

Korte prozatekst met mening van schrijver

Gedicht waarin bijv. politiek of religie wordt aangevallen

Gedicht over persoonlijke omstandigheden, zoals rouw/ dood, voorbije liefde, etc.

Slide 8 - Drag question

Vraag 4
Welke drie genres beoefende Joost van den Vondel vooral? 
(En welke bekende werken horen daarbij?)

Slide 9 - Slide

Antwoorden
  1. Drie hoofdkenmerken: realisme, classicisme, estheticisme
  2. Drie manieren: translatio (vertalen), imitatio (nadoen), aemulatio (overtreffen)
  3. 1-F, 2-E, 3-B, 4-D, 5-A, 6-C
  4. Drie genres Vondel: hekeldicht (stoksken van J. van Oldenbarnevelt), klaagzang (kinder-lyck), tragedie (Gijsbrecht van Aemstel)

Slide 10 - Slide

Toneel in de renaissance
  • Toneeltraditie professionaliseerde zich
  • Tragedie: "ernstig" toneelstuk
  • Komedie en klucht: grappig

Slide 11 - Slide

Kenmerken klassieke tragedie
  1. Ondergang van een hooggeplaatst persoon (vanwege overmoed/ eigen handelen);  
  2. Drie eenheden: eenheid van tijd, plaats en handeling (op één plaats, één verhaallijn, binnen 24 uur)
  3. Vijf bedrijven (scènes, onderdelen van het toneelstuk);
  4. Tussen eerste vier bedrijven een 'rei': commentaar van groep personen;
  5. Aan het eind een 'deus ex machina': een godheid die uit de hemel neerdaalt en een oplossing biedt;

Slide 12 - Slide

Aan de slag
  • Maak de opdracht klassieke tragedie uit de reader
  • Lees Dautzenberg §18 (blz. 49-52) + beantwoord de vragen
  • Filmpje kijken: met oortjes in het lokaal, of zonder oortjes op de studieplekken in deze gang (dichtbij het lokaal!)
  • Klaar? Nakijken met antwoorden in classroom (kijk ook de opdrachten bij Nederlands liefdesembleem na)
  • Helemaal klaar? Lees de theorie door voor de toets

Slide 13 - Slide

Vooruitblik
Vanmiddag: uitleg boekopdracht 4 en formatieve toets renaissance

Slide 14 - Slide