Proefexamen KE4 Marktonderzoek

Proefexamen KE4 Marktonderzoek
Eerst volgen de meerkeuze vragen.
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Online marketingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Proefexamen KE4 Marktonderzoek
Eerst volgen de meerkeuze vragen.

Slide 1 - Slide

De stad Luik wil door een reclamecampagne meer toeristen trekken. Om beter te kunnen voorspellen of de campagne zal aanslaan, wordt het reclamemateriaal eerst voorgelegd aan een beperkte groep toeristen. Naar aanleiding van hun reacties wordt het reclamemateriaal eventueel nog aangepast.
Van welke vorm van marktonderzoek is hier sprake?
A
Mediaonderzoek
B
Naamsbekendheidonderzoek
C
Pretest
D
Productevaluatie

Slide 2 - Quiz

Een transportbedrijf wil de vervoerskosten verlagen door efficiënter te gaan werken. Om dit te realiseren worden eigen prestaties vergelijken met die van concurrenten die op dit gebied het best presteren.

Van welke vorm van marktonderzoek is hier sprake?
A
Benchmarking
B
Distributieanalyse
C
Marktanalyse
D
Prijsonderzoek

Slide 3 - Quiz

Een producent van shampoo doet onderzoek naar de omvang van de verschillende marktsegmenten en de marktaandelen van de tien grootste aanbieders.

Waarvan is hier sprake?
A
Beschrijvend onderzoek
B
Verkennend onderzoek
C
Verklarend onderzoek

Slide 4 - Quiz

Wat is een nadeel van fieldresearch ten opzichte van deskresearch?
A
De onderzoeksdata zijn minder goed afgestemd op de probleemstelling.
B
De resultaten van het onderzoek zijn minder betrouwbaar.
C
De totale kosten voor het onderzoek ziin aanmerkelijk hoger.
D
De verkregen informatie is in veel gevallen minder actueel.

Slide 5 - Quiz

Een startende ondernemer heeft informatie verzameld ter voorbereiding op het schrijven van een ondernemingsplan.

Bij weke onderzoeksdata is sprake van primaire gegevens?
A
Branchecijfers van banken en andere betrouwbare instanties.
B
Jaarverslagen van de vijf belangrijkste concurrenten.
C
Recent gepubliceerd onderzoeksrapport van de branchevereniging.
D
Resultaten van een zelf afgenomen enquête onder potentiele klanten.

Slide 6 - Quiz

Een producent heeft drie nieuwe smaken soep ontwikkeld. Aan tien restaurantkoks is gevraagd hun mening te geven over deze nieuwe smaken.

Om welke vorm van onderzoek gaat het hier?
A
Kwalitatief onderzoek
B
Kwantitatief onderzoek

Slide 7 - Quiz

De stad waar de volgende Olympische Spelen worden gehouden, onderzoekt of er voldoende overnachtingscapaciteit is voor de te verwachte bezoekers.

Om welke vorm van marktonderzoek gaat het hier?
A
Ad-hoconderzoek
B
Continuonderzoek

Slide 8 - Quiz

Een supermarktketen wil weten welke display de meeste aandacht trekt en tot de hoogste verkopen leidt. Het bedrijf wil drie displays testen.

Welke onderzoeksmethode is hiervoor het meest geschikt?
A
Enquête
B
Experiment
C
Interview
D
Observatie

Slide 9 - Quiz

Een organisatie heeft een groep mensen samengesteld, die via internet bereikbaar is. De deelnemers vullen regelmatig vragenlijsten in en werken mee aan diepte interviews en groepsdiscussies. Zij verwachten een reactie vanuit de organisatie op hun meningen.

Welke methode van online onderzoek is hier beschreven?
A
Bloganalyse
B
Chatsessie
C
Online community
D
Online enquête

Slide 10 - Quiz

Een organisatie meet de herkomst en het gedrag van bezoekers van een website. Hierdoor krijgt zij inzicht in wie de website gebruikt en op welke manier.

Wat is hier beschreven?
A
Conversietrackig
B
Google Analytics
C
Mobile research
D
ROI - analyse

Slide 11 - Quiz

Een financieel dienstverlener wil een klanttevredenheidsonderzoek houden. De organisatie wil snel over de resultaten kunnen beschikken en er weinig geld en mankracht aan besteden.

Welke vorm van enquêteren is in dit geval het meest geschikt?
A
Face tot face
B
Online
C
Schriftelijk
D
Telefonisch

Slide 12 - Quiz

Een gemeente wil onderzoeken wat de beweegredenen van jongeren zijn om drugs te gebruiken. Door middel van een lijst met gesprekspunten worden de respondenten geprikkeld om vrijuit te praten.

Welke vorm van onderzoek is in dit geval het meest geschikt?
A
Gestructureerd interview
B
Half gestructureerd interview
C
Ongestructureerd interview

Slide 13 - Quiz

De regering wil met een representatieve steekproef onderzoeken wat 60-plussers in Nederland vinden van flexibele pensionering. Er is GEEN openbaar bestand waar alle 60-plussers van Nederland in staan.

Welke methode van steekproeftrekking is in dit geval het meest geschikt?
A
Gestratificeerde steekproef
B
Getrapte steekproef
C
Sneewbalsteekproef
D
Volledig aselecte steekproef

Slide 14 - Quiz

De kans dat twee onderzoeken met een vergelijkbare steekproef en steekproefomvang tot hetzelfde resultaat leiden.

Welk begrip is hier beschreven?
A
Betrouwbaarheid
B
Nauwkeurigheid
C
Validiteit

Slide 15 - Quiz

Een groothandel in elektrisch gereedschap heeft 2.400 klanten. Ze wil de klanttevredenheid onderzoeken. Daarom stuurt het bedrijf een enquête naar de 60 grootste klanten.

Is dit onderzoek representatief?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quiz

Een bibliotheek wil de wensen en behoeften van de vaste bezoekers onderzoeken met een enquête.

Welke maatregel beïnvloedt de non-response?
A
Afnemen van mondeling enquêtes.
B
Inschakelen van voldoende enquêteurs.
C
Kiezen voor een quotasteekproef.
D
Uitbreiden van de totale populatie.

Slide 17 - Quiz

Uit het onderzoek naar
social media blijken
de volgende gegevens:

Bij welke leeftijdsgroep is het
aantal gebruikers het grootst?
A
15 - 19 jaar
B
20 - 39 jaar
C
40 - 64 jaar
D
65 - 80 jaar

Slide 18 - Quiz

Uit het onderzoek over social media wil de onderzoeker in een grafiek het gebruik van Twitter-accounts door de totale bevolking weergeven. In totaal onderscheidt hij zes categorieën: van weinig actieve Twitter-accounts tot gele actieve Twitter-accounts.

Welk type grafiek is hiervoor het meest geschikt?
A
Beelddiagram
B
Cirkeldiagram
C
Lijndiagram
D
Spreidingsdiagram

Slide 19 - Quiz

Tijdens een onderzoek door een grote camping in Italië wordt de volgende vraag gesteld: 'Welke temperatuur van het water in het zwembad vindt u het prettigst?'


Welke gegevens zijn bij de antwoordmogelijkheden gebruikt?
A
Intervalgegevens
B
Nominale gegevens
C
Ordinale gegevens
D
Ratiogegevens

Slide 20 - Quiz