Havo 5 - Brazilië par 2 afronding, par 3

Havo 5 
Domein Gebieden
Afronding paragraaf 2 en start paragraaf 3

1 / 51
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Havo 5 
Domein Gebieden
Afronding paragraaf 2 en start paragraaf 3

Slide 1 - Slide

-landschap, klimaat en vegetatie (par 2): vandaag checken we of we de stof beheersem.
-natuurlijke rijkdommen (par 3): bespreken we vandaag.

Slide 2 - Slide

Paragraaf 2
Landschap, klimaat en vegetatie

Slide 3 - Slide

Hoe wordt in Brazilië dit landschap genoemd? En welke klimaatcode van Köppen hoort hier ook al weer bij?

Slide 4 - Open question

Hoe wordt in Brazilië dit landschap genoemd? En welke klimaatcode van Köppen hoort hier ook al weer bij?

Slide 5 - Open question

Welke klimaatkenmerk bepaalt het verschil tussen de selva en de cerrado?

Slide 6 - Open question

Hoe wordt in Brazilië dit landschap genoemd? En welke klimaatcode van Köppen hoort hier ook al weer bij?

Slide 7 - Open question

Hoe wordt dit landschap genoemd?

Slide 8 - Open question

Slide 9 - Video

Leg uit op welke manier de aanplant van mangrove leidt tot aangroei van de kust. Benoem in je antwoord een oorzaak-gevolgrelatie

Slide 10 - Open question

Een voorbeeld van een juiste beschrijving:

-de wortels van de mangroveplanten breken de golven en remmen de stroomsnelheid af (oorzaak)

-waardoor het sediment (klei) kan bezinken (en de kust verder aangroeit) (gevolg)

Slide 11 - Slide

Het lichtgroene gebied is een van de grootste moerasgebieden op aarde. Hoe heet dit gebied?

Slide 12 - Open question

In welke maand ligt de ITCZ boven de Pantanal?
A
december
B
maart
C
juni
D
september

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Slide

Beschrijf op welke manier het kleurverschil ontstaat tussen deze twee rivieren. Noem in je antwoord de begrippen verwering en erosie.

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Een voorbeeld van een juiste beschrijving:

-De bruine rivier komt in tegenstelling tot de zwarte rivier, uit een gebied waar veel verwering en (bodem)erosie plaatsvindt. 

-Hierdoor neemt deze rivier veel meer sediment mee.

Slide 17 - Slide

Stel: er vindt in het stroomgebied van een rivier veel ontbossing plaats. Wat doet dat met de kleur van de rivier?
A
die wordt bruiner
B
die wordt zwarter
C
die blijft gelijk

Slide 18 - Quiz

Vraag 2, p. 5 werkboek. Neem antwoord over bij
witte en zwarte rivieren.

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Tot slot van paragraaf 2: hoe pak je deze vraag aan?
-Zoek eerst op de atlaskaart de plaatsen op (gebruik het plaatsnamenregister). Hoe liggen te t.o.v. de evenaar? Dan kun je de makkelijkste misschien al wegstrepen.

-Zoek dan aanvullende kaarten over klimaat en landschap: 
-valt er op de betreffende plaats veel of weinig neerslag? 
-Is er een droge periode? 
-In welke landschapszone ligt de plaats?

Slide 21 - Slide

Antwoorden:
1=Cuiaba,  2=Sao Paulo 3=Recife 4=Curitiba 
-2 en 4 het moeilijkst (want liggen vlakbij elkaar)... Sao Paulo ligt net wat dichter bij de evenaar en heeft ook een net wat hogere temperatuur
-ook voor 1 en 3 moet je best even goed kijken (m.b.v. de neerslagkaarten van Zuid Amerika, januari en juli kom je eruit)
-Kortom: bij tijdgebrek: niet te lang bij stil blijven staan!

Slide 22 - Slide

Paragraaf 3 
Natuurlijke rijkdommen

Slide 23 - Slide

Als je deze paragraaf hebt bestudeerd, kun je:


-het ontstaan en de ruimtelijke spreiding van de natuurlijke hulpbronnen in Brazilië beschrijven en verklaren;
-uitleggen hoe de ecologische draagkracht van verschillende landschappen bij de exploitatie van de natuurlijke rijkdommen overschreden wordt;
-verklaren waarom er bij het gebruik van de Braziliaanse natuurlijke hulpbronnen conflicten ontstaan tussen verschillende groepen mensen en belangen.



Slide 24 - Slide

Er wordt in de paragraaf ingezoomd op:
-Delfstoffen (m.n. ijzererts, bauxiet, aardolie, steenkool)
-Biobrandstoffen (m.n. suikerriet)
-Hydro-elektriciteit

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

wat is de definitie van een delfstof? (/wat betekent 'delven'?)

Slide 27 - Open question

Slide 28 - Video

-In de periode 'het Krijt' stond zeespiegel veel hoger dan nu.
-laaggelegen gebieden stonden toen onder (warm zee-)water
-plankton stierf en bezonk
-werd bedekt met erosiemateriaal van de gebergten
-door de druk steeg de temperatuur in de laag met plankton
-hierdoor ontstond aardolie en aardgas
Olie en gasvorming (in voorlandbekken)

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Ertsen worden op twee manieren gevormd:

Dit staat beschreven in de tweede kolom op bladzijde 102

Zie uitleg op volgende 3 sheets:

Slide 32 - Slide

Manier 1:

Slide 33 - Slide

Manier 1:

Slide 34 - Slide

Manier 2:

Slide 35 - Slide

Begrip:
'dagbouw'
(de op 3 na laatste regel van de alinea 'delfstoffen')
Zie je op de volgende sheet
(Engelse term: surface mining)

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Video

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Stuwdammen / hydro-elekrtriciteit

Slide 45 - Slide

Laatste deel paragraaf 3
'Exploitatie heeft een prijs'. Een voorbeeld:

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

wat is, met het oog op het wereldvoedselvraagstuk, een ander nadeel van de productie van biobrandstoffen?

Slide 48 - Open question

Werkboek pagina 17
bekijk de aflevering van 'bodem in zicht' over ijzererts en beantwoord de kijkvragen op p.17 van het extra werkboek
bekijk in elk geval:
-start-10'52
-18'00-31'30
-35'40-einde

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Link

Slide 51 - Slide