Introductie op het spijsverteringsstelsel

Introductie op het spijsverteringsstelsel
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Introductie op het spijsverteringsstelsel

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
  • Aan het eind van deze les kan ik benoemen wat er van mij verwacht wordt aan het eind van deze module
  • Aan het eind van deze les kan ik benoemen welke organen betrokken zijn bij de spijsvertering
  • Aan het eind van deze les kan ik de functies van het spijsverteringsstelsel benoemen
  • Aan het eind van deze les kan ik het spijsverteringsproces benoemen met de afbraak van verschillende stoffen

Slide 3 - Slide

Waar werken wij naartoe?
Aan het eind is er een integratieve opdracht die uit 2 delen bestaat:

1. Het eerste onderdeel bestaat uit EHBO en geoefende vaardigheden die de student aan het eind van de module moet uitvoeren als test. (Skills)
2. Theoretische eindtoets. De student krijgt vragen over het spijsverteringsstel en de onderdelen van het uitscheidingsstelsel die zijn behandeld.

Slide 4 - Slide

Hoe is jullie voorkennis?

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Voeding
  • In alle velden van de zorg en bij alle zorgvragers is aandacht nodig voor voeding. 
  • Voeding is een belangrijk aandachtspunt in de zorg voor kwetsbare en zieke zorgvragers. 
  • Als verzorgende let je op de voeding, uitscheiding en voedingstoestand. Ze geven je veel informatie over de gezondheidstoestand.
  • Ook bied je ondersteuning bij eten en drinken en bij de uitscheiding.

Slide 7 - Slide

Wat geef je aan iemand die ondervoed dreigt te raken?

Slide 8 - Open question

Welke actie(s) onderneem je als de zorgvrager aangeeft last van zuurbranden te hebben?

Slide 9 - Open question

Een zorgvrager heeft last van obstipatie, wat kun je als zorgverlener met voeding doen?

Slide 10 - Open question

Een zorgvrager verslikt zich vaak en snel. Wat kun je als zorgverlener doen?

Slide 11 - Open question

Opdracht
  1. Open Learnbeat
  2. Ga naar anatomie en fysiologie
  3. Ga naar hoofdstuk 1.3: het spijsverteringsstelsel
  4. Open onderdeel A: introductie
  5. Open 3: begrippenlijst
  6. Kijk samen met jouw buurvrouw naar de begrippenlijst en bestudeer de Latijnse benamingen
  7. Duur: 10 minuten

Slide 12 - Slide

Spijsvertering
  • Het spijsverteringsstelsel neemt bruikbare stoffen uit voedsel op.
  • Grote voedingsstoffen moeten eerst worden afgebroken (vertering) voordat ze kunnen worden opgenomen in het lichaam.
  • Verschillende organen spelen een rol bij de vertering, opname (resorptie) en uitscheiding van onverteerde voedselresten. 
  • Dit proces heet spijsvertering.

Slide 13 - Slide

Spijsverteringsstelsel 
  • Het spijsverteringsstelsel bestaat uit het spijsverteringskanaal en bijbehorende organen zoals speekselklieren, lever (hepar) en alvleesklier (pancreas) die sappen afscheiden.
  • Het spijsverteringskanaal is een lange buis van mond tot rectum. Gladde spieren in de wand zorgen voor transport van voedsel.

Slide 14 - Slide

Wat zijn de basisfuncties van het spijsverteringsstelsel?

Slide 15 - Open question

Basisfuncties spijsverteringsstelsel
  • Transport
  • Vertering
  • Resorptie
  • Uitscheiding

Slide 16 - Slide

Opdracht
  1. Maak 4 groepen
  2. Vul (zonder te kijken) de juiste benaming in bij elk onderdeel op de poster
  3. Duur:  max 15 minuten
  4. Nadien klassikaal nabespreken

Slide 17 - Slide

Voedingsstoffen
  • Kleine stoffen zoals vitaminen en mineralen worden zonder bewerking geresorbeerd door de darmen.
  • Grote stoffen zoals koolhydraten, vetten en eiwitten moeten eerst worden verteerd.
  • Koolhydraten en vetten zijn brandstoffen, eiwitten dienen als bouwstof. Onverteerbare koolhydraten(vezels) zijn belangrijk voor de darmwerking

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Soorten enzymen
Koolhydraatsplitsende enzymen
▪ Amylase: breekt zetmeel af, aanwezig in speeksel.
▪ Lactase: breekt lactose af, aanwezig in de dunne darm.
Eiwitsplitsend enzym
▪ Pepsine: breekt eiwitten af, aanwezig in de maag.
Vetsplitsend enzym
▪ Lipase: breekt vetten af, aanwezig in alvleeskliersap

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide