MH1 Verwijswoorden

Begrijpend lezen 
Verwijswoorden
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Begrijpend lezen 
Verwijswoorden

Slide 1 - Slide

Wat gaan we leren?
Wat verwijswoorden zijn en waar ze naar verwijzen.

Slide 2 - Slide

DEZE, DIE, DIT, DAT, HIJ, ZIJ, HET, ZE, HEM, HAAR, HEN

Dit zijn enkele verwijswoorden.





Je gebruikt deze verwijswoorden om te verwijzen naar iemand die of iets wat eerder genoemd is. Op die manier verbind je zinnen aan elkaar.

Slide 3 - Slide

Sharon komt uit Nigeria, zij woont nu in Nederland.
Wat is hier het verwijswoord?
A
Sharon
B
woont
C
zij
D
Nederland

Slide 4 - Quiz

Sharon komt uit Nigeria, zij woont nu in Nederland.
Waar verwijst 'zij' naar?
A
Sharon
B
woont
C
hij
D
Nederland

Slide 5 - Quiz

Vanessa komt uit Ghana, dat is een mooi land.
Wat is hier het verwijswoord?
A
uit
B
Ghana
C
land
D
dat

Slide 6 - Quiz

Vanessa komt uit Ghana, dat is een mooi land.
Waar verwijst 'dat' naar?
A
Vanessa
B
Ghana
C
Nederland
D
komt

Slide 7 - Quiz

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
‘Wil je ________ naar de glasbak brengen?’, vraagt Ryan,

terwijl ________ de lege flessen aan Luuk geeft.
deze
dit
dat
hij
zij
het
ze

Slide 8 - Drag question

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Twan heeft een bijbaantje voor twee uurtjes,

 ________  vindt    ________ erg leuk.
deze
die
dat
hij
zij
het
ze

Slide 9 - Drag question

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Vera doet het trucje voor.    ________  zegt:

‘Zo moet je ________ doen.’
deze
die
hij
zij
het

Slide 10 - Drag question

Welke verwijswoorden horen in deze zin? 
Sleep de verwijswoorden naar de goede plaats.
Onno krijgt een vreemd mailtje binnen.

_________ denkt dat  ________ spam is.
deze
die
hij
zij
het
ze

Slide 11 - Drag question

Artikel lezen
Je gaat nu steeds een stukje uit een artikel lezen en daarna een vraag erover beantwoorden.

Slide 12 - Slide

Bron: NOS Stories

Slide 13 - Slide


Waar verwijst 'de twee' naar?
A
de Amerikaanse filmsterren
B
Depp en Heard

Slide 14 - Quiz

Bron: NOS Stories

Slide 15 - Slide


Waar verwijst 'Deze zaak' naar?
A
De rechtszaak van Depp en Heard
B
De rechtszaak van Jolie en Pitt

Slide 16 - Quiz

Bron: NOS stories

Slide 17 - Slide


Waar verwijst 'dat' naar in 'En dat zorgt er dus uiteindelijk voor'?
A
De beelden die influencers verspreiden
B
De nieuwsberichten die de media verspreiden
C
Allebei

Slide 18 - Quiz

Weet je nu wat verwijswoorden zijn?
A
Ja!
B
Nee
C
Een beetje

Slide 19 - Quiz