Meestal is de ik-vorm van een werkwoord heel erg makkelijk. Je haalt -en van het hele werkwoord af en je hebt de ik-vorm, maar dit is niet altijd zo.
Want hoe zit het bijvoorbeeld bij...
Pakken -->
Schuren -->
Verhuizen -->
Slide 3 - Slide
Zelf aan de slag!
Wat? Maak opdracht 7, 8, 9 en 10
Hoe? We gaan in stilte aan het werk
Tijd? Je hebt hier 10 minuten
Hulp? Vraag eerst je buurman/buurvrouw. Daarna steek je je hand omhoog, dan beantwoord ik je vraag.
Klaar? Kom bij mij, dan kijk ik het na.
timer
10:00
Slide 4 - Slide
De ik-vorm van het werkwoord.
Een werkwoord kan in verschillende vormen voorkomen.
Welke vormen ken je bijvoorbeeld van het werkwoord lopen?
Of van het werkwoord zijn?
Slide 5 - Slide
De ik-vorm van het werkwoord.
Je schrijft de ik-vorm door
1. van het hele werkwoord -en af te halen --> denken --> ik denk
2. de ik-vorm eindigt nooit op een v of een z--> proeven --> ik proef, reizen --> ik reis
3. de ik-vorm eindigt nooit op twee dezelfde medeklinkers --> bukken --> ik buk, liggen --> ik lig
Slide 6 - Slide
Video over de ik-vorm!
Slide 7 - Slide
Zelf aan de slag!
Wat? Maak opdracht 1 t/m 8 (blz. 113-114)
Hoe? We gaan in stilte aan het werk
Tijd? Je hebt hier 15 minuten de tijd voor,
Hulp? Vraag eerst je buurman/buurvrouw. Daarna steek je je hand omhoog, dan beantwoord ik je vraag.
Klaar? Maak opdracht 10 ook!
timer
15:00
Slide 8 - Slide
Video over
zijn hebben willen kunnen en zullen
Slide 9 - Slide
Samen aan de slag!
opdracht 1 en 2 (blz. 108 en 109)
Slide 10 - Slide
Pauze!
timer
5:00
Slide 11 - Slide
Fictiefragmenten
De komende weken gaan we aan de slag met fictiefragmenten. Dit zijn steeds korte fragmenten uit een boek. Het idee is dat je steeds een waardering geeft voor ieder fragment. Als we alle fragmenten gelezen hebben, kies je je favoriete fragmenten uit. Op basis daarvan lees je het bijbehorende boek!