What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Lektion 4
Lektion 2
1 / 23
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Lektion 2
Slide 1 - Slide
Wie geht es dir? = Wie geht's?
Slide 2 - Slide
Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag, Sonntag
27. September
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Heute
Aan het einde van de les kun je;
- Kan ik informatie over mezelf vertellen.
-Kan ik de lidwoorden gebruiken.
- Je kunt de getallen van 0 tot 20 opschrijven en zeggen.
Slide 6 - Slide
Het bepaald en onbepaald lidwoord
der, die und das
De lidwoorden in het Nederlands:
de en het (bepaald) een (onbepaald)
worden in het Duits aangegeven met:
der, die en das
der = mannelijk
die = vrouwelijk
das = onzijdig
der, die und das
De lidwoorden in het Nederlands:
de
en
het
(bepaald) een (onbepaald)
worden in het Duits aangegeven met:
der, die en das
der = mannelijk
die = vrouwelijk
das = onzijdig
Het bepaald en onbepaald lidwoord
Slide 7 - Slide
Overzicht bepaald en onbepaald lidwoord
m
v
o
mv
de/het
der
di
e
das
di
e
een
ein
ein
e
ein
kein
e
Slide 8 - Slide
Grammatik - Blz. 31 (Seite 31)
Slide 9 - Slide
de
het
een
der
die
das
ein
bepaald lidwoord (NL)
on
bepaald lidwoord (NL)
bepaald lidwoord (DE)
on
bepaald lidwoord (DE)
Slide 10 - Drag question
mannelijk
_____Durst
____ Mann
vrouwelijk
____Wurst
____ Frau
onzijdig
____Haus
____ Haus
meervoud
____Gläser
____ Gläser
Op de 1e rij zet je de bepaalde lidwoorden
Op de 2e rij zet je de onbepaalde lidwoorden
ein-
kein-
eine
keine
der
die
das
die
Slide 11 - Drag question
Slide 12 - Slide
... Mann
A
die
B
das
C
der
Slide 13 - Quiz
... Haus (het)
A
die
B
das
C
der
Slide 14 - Quiz
... Tante
A
die
B
das
C
der
Slide 15 - Quiz
... Schuhe
A
die
B
das
C
der
Slide 16 - Quiz
... Bruder
A
ein
B
eine
Slide 17 - Quiz
... Mutter
A
ein
B
eine
Slide 18 - Quiz
... Haus (het)
A
ein
B
eine
Slide 19 - Quiz
... Socken
A
ein
B
eine
C
mein
D
meine
Slide 20 - Quiz
Dus:
mannelijke woorden krijgen
der of ein
als lidwoord.
vrouwelijke woorden krijgen
die of eine
als lidwoord.
onzijdige woorden krijgen
das of ein
als lidwoord.
woorden in het meervoud krijgen
die of meine/ keine/ ...
als lidwoord.
.
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Video
Hebben we de lessendoel behaald?
Slide 23 - Slide
More lessons like this
Lektion 5
September 2024
- Lesson with
29 slides
Duits
Middelbare school
vmbo k, g
Leerjaar 2
Kapitel 1 - Lektion 4 (Dienstag, den 10. Oktober)
October 2023
- Lesson with
12 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Der Die Das
February 2024
- Lesson with
32 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Kapitel 1 - Lektion 4 (Montag, den 9. Oktober)
October 2023
- Lesson with
16 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Kapitel 1 - Lektion 4 (Montag, den 9. Oktober)
October 2023
- Lesson with
13 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Grammatik: der, die , das + hoofdlettergebruik
21 days ago
- Lesson with
11 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Grammatik: der, die , das + hoofdlettergebruik
16 days ago
- Lesson with
11 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Nach den Herbstferien
1 day ago
- Lesson with
12 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2