4.4 Schrijven en formuleren

Welkom!

Neem rustig plaats en leg je boeken alvast op tafel
Nederlands
Maris College - Klas 3 - Kader 
Schrijven
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Welkom!

Neem rustig plaats en leg je boeken alvast op tafel
Nederlands
Maris College - Klas 3 - Kader 
Schrijven

Slide 1 - Slide

Vandaag!
  • Lesdoelen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les kan je

  • instructies schrijven
  • inhoudelijke verbanden aangeven met bijvoorbeeld signaalwoorden
  • signaalwoorden

Slide 3 - Slide

Instructie tekst
Voorbeelden?

Hoe herken je een instructie tekst?
  • De tekst beschrijft precies wat je moet doen.
  • De tekst is opgedeeld in stappen.
  • Vaak zijn het korte zinnen.
  • Vaak beginnen de zinnen met een werkwoord.
  • Vaak staan er tekeningen en schema’s in de tekst.

Slide 4 - Slide

Instructie tekst
Voorbeelden?

Hoe herken je een instructie tekst?
  • De tekst beschrijft precies wat je moet doen.
  • De tekst is opgedeeld in stappen.
  • Vaak zijn het korte zinnen.
  • Vaak beginnen de zinnen met een werkwoord.
  • Vaak staan er tekeningen en schema’s in de tekst.

Voorbeeld -- leerwerkboek

Slide 5 - Slide

Maak een instructie tekst van de onderstaande tekst:

Foto’s of video’s die niet voldoen aan de voorwaarden van een sociaal mediaplatform, kun je rapporteren bij dat platform. Je moet daarvoor op zoek gaan naar een link of knop met de tekst ‘melden’, of ‘rapporteren’. Als je de link volgt, krijg je een scherm met vragen over wat er mis is met het beeld. Die vragen moet je beantwoorden, of je moet een optie kiezen (bijvoorbeeld: ‘seksuele content’ of ‘haatdragende content’).
Maak er een instructie van.:
  • Verdeel de tekst in stappen.
  • Zet voor de stappen cijfers, bolletjes of streepjes.
  • Begin elke stap met een werkwoord.
  • Maak korte zinnen, maar wees wel duidelijk

timer
5:00

Slide 6 - Slide

Signaalwoorden
Verbindingswoorden
Legt het verband uit tussen zinsdelen, zinnen en alinea's

Tijdsvolgorde:
Voordat, nadat, eerst, daarna, wanneer, vroeger, hierna, vervolgens, later, ten eerste, ten slotte, later, oorspronkelijk, intussen ed.

Slide 7 - Slide

Welk signaalwoord past in de zin:
.... er verkiezingen komen, presenteren de partijen zich aan de kiezers.

A
Nadat
B
Voordat
C
Eerst
D
Want

Slide 8 - Quiz

Herhaling overzicht van een aantal verbanden en hun signaalwoorden 
Tekstverband:                                                  Signaalwoord:
opsomming                                                      ook, en, bovendien              

tegenstelling                                                   maar, echter, toch    

reden                                                                   want, omdat, daarom        
voorbeeld                                                          bijvoorbeeld, zoals

conclusie                                                           dus, daarom, hieruit volgt

Slide 9 - Slide

Aan de slag!
Wat: Je krijgt een invul werkblad. Deze ga je invullen met de juiste Signaalwoorden

Hoe: Werkblad + pen
Hulp: Je brein
Tijd: 20 minuten

Klaar? Maak opdracht 2
timer
1:00

Slide 10 - Slide

Afsluiting

Slide 11 - Slide