Les 1.1 en 1.2 Starttaal Vooraf thema 1: Herhaling

HERHALING 
Deviant Starttaal Vooraf thema 1 H1
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

HERHALING 
Deviant Starttaal Vooraf thema 1 H1

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Op je tafel :
- Chromebook (studiemeter)
- Oortjes
- Map Nederlands met 
            boek Starttaal Vooraf
             portfoliowerkboek
- Potlood

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Doel van vandaag
  • Ik luister goed naar de uitleg.
  • Ik doe actief mee.


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel

Aan het einde van de les ken ik:
De moeilijke woorden uit thema 1
Letterlijk en figuurlijk taalgebruik uit thema 1
en weet ik wat een bijnaam is.

Slide 4 - Slide

Introduceer het leerdoel van de les aan het begin van de presentatie.
Oefenen
Op de volgende pagina staat een link naar de oefening over de moeilijke woorden van Thema 1 taalgebruik. 

1. Klik op de link
2. Log in met je eigen naam (geen bijnaam o.i.d.)
3. Oefenen maar!

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

https://www.educaplay.com/
klik op de 3 puntjes rechts bovenin
-> klik op enter your game pin

gamepin 1: 611336
gamepin 2: 161592

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
  • Letterlijk taalgebruik: Er wordt precies bedoeld wat er staat of wordt gezegd

  • Figuurlijk taalgebruik: Er wordt iets anders bedoeld dan wat er staat of wordt gezegd

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
  • Letterlijk en figuurlijk taalgebruik uit elkaar houden. Hoe?

  • Bij letterlijk taalgebruik zeggen de woorden precies wat er wordt bedoeld

  • Figuurlijk taalgebruik moet je vaak je fantasie gebruiken om er achter te komen wat iemand bedoeld

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
  • Voorbeeld:
"De appel valt niet ver van de boom"

Letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

Waarom?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Letterlijk en figuurlijk taalgebruik
  • Voorbeeld:
"Wij zijn van een andere generatie."

Letterlijk of figuurlijk taalgebruik?

Waarom?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Stappenplan 
letterlijk en figuurlijk taalgebruik

1. Bedenk of het logisch is.
2. Luister goed of lees verder
3. Twijfel? Zoek op of vraag het!

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

De bijnaam
  • Bijnaam = ze bedoelen jou maar zeggen iets anders
  • Een bijnaam is een voorbeeld van figuurlijk taalgebruik
  • Voorbeelden:
  • Naam: Mohammed                                 Bijnaam: Mo
  • Iemand die goed kan voetballen          Bijnaam: Messi
  • Je beste vriend(in)                                  Bijnaam: Bestie

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Exit Ticket
Hoe goed heb je de les begrepen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

This item has no instructions

Exit ticket
Heb jij de doelen van vandaag behaald?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions