Capitulo 3 - Samenvatting

Bienvenidos a la clase de español
Hoy es martes, 11 de junio
1 / 20
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Bienvenidos a la clase de español
Hoy es martes, 11 de junio

Slide 1 - Slide

¿Qué vamos a hacer hoy?
  • Voorkennis: La familia
  • De getallen 1 t/m 100 in het Spaans
  • Het werkwoord TENER (hebben) in het Spaans
  • De bijvoeglijk naamwoorden in het Spaans

Slide 2 - Slide

¿Cuál es la meta de hoy? 
Ik kan tot 100 tellen
Ik kan het werkwoord TENER in het Spaans vervoegen
Ik weet hoe ik de bijvoeglijk naamwoorden in het Spaans moet gebruiken

Slide 3 - Slide

La regla:
Respect:
Als iemand praat is de rest stil
Ik steek me vinger op als ik iets wil zeggen
We maken elkaar niet belachelijk
Geen mobiel in de les

Slide 4 - Slide

La familia
Los números del 1 al 10

Slide 5 - Slide

Korte pauze
De getallen 30 t/m 100

Slide 6 - Slide

¿Qué vamos a hacer?
Wat? libro de ejercicio: blz. 67, opdr. 8 B
Hoe? Individueel
Hulp: Eerst zonder boek proberen
Tijd: 5 minutos
Uitkomst: Ik weet welke getallen ik wel weet in het 
Spaans
Klaar? Libro de ejercicio opdr. 9 blz. 68
timer
5:00

Slide 7 - Slide

Korte pauze
Het werkwoord TENER (hebben)
tengo

tienes

tiene

tienen

tenemos

tenéis

*
*

Slide 8 - Slide

Korte pauze
Persoonlijke voornaamwoorden
Yo = staat alléén yo
Tú = staat alléén tú
él / ella/ usted= staat één naam of één ding
___________________________________________________
Nosotros/as = staat een naam (of meerdere) + yo
Vosotros/as = staat een naam (of meerdere) + tú
ellos = man + man    OF    vrouw + man
ellas= vrouw + vrouw
ustedes = oudere persoon + oudere persoon

Slide 9 - Slide

¿Qué vamos a hacer?
Wat? Libro de ejercicio: blz.69, opdr. 11 A
Hoe? In duo's
Hulp: Je mag je tekstboek gebruiken
Tijd: 5 minutos
Uitkomst: Ik begrijp hoe ik tener moet vervoegen
Klaar? Libro de ejercicio opdr. 9 blz. 68

Slide 10 - Slide

Korte pauze
Bijvoeglijk naamwoorden

Slide 11 - Slide

¿Qué vamos a hacer?
Wat? Libro de ejercicio:: blz. 77 en 78, opdr. 26  en 27
Hoe? in duo's
Hulp: Steek je vinger op als je een vraag hebt
Tijd: 10 minutos
Uitkomst: Ik weet hoe ik het bijvoeglijk naamwoord in het Spaans moet gebruiken

Slide 12 - Slide

SO capítulo 3

Frases clave VALT UIT!





Slide 13 - Slide

¿Cuál es la meta de hoy? 
Ik kan tot 100 tellen
Ik kan het werkwoord TENER in het Spaans vervoegen
Ik weet hoe ik de bijvoeglijk naamwoorden in het Spaans moet gebruiken

Slide 14 - Slide

¿Preguntas?

Slide 15 - Slide

Kies het juiste onbepaald lidwoord.
2. Compré __________ manzanas en el supermercado.
A
un
B
una
C
unos
D
unas

Slide 16 - Quiz

Kies het juiste onbepaald lidwoord.
3. Necesito __________ bolígrafo para tomar apuntes.
A
un
B
una
C
unos
D
unas

Slide 17 - Quiz

Kies het juiste onbepaald lidwoord.
4. Quiero comprar __________ zapatos nuevos.
A
un
B
una
C
unos
D
unas

Slide 18 - Quiz

Quizlet
https://ap.lc/wzBbJ

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide