H2.7 Zelfstandig naamwoord en lidwoord

Welkom 1C
Zoek alle zelfstandig naamwoorden.
Leg je spullen klaar.
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom 1C
Zoek alle zelfstandig naamwoorden.
Leg je spullen klaar.

Slide 1 - Slide

Doel van deze les
Je kent de woordsoorten:
zelfstandig naamwoord en lidwoord


Vraag? Welke woordsoort leerde je gisteren?

Slide 2 - Slide

Aantekeningen
Pak je harde kaftschrift en een pen

Slide 3 - Slide

Zelfstandig naamwoorden H2.7
Een zelfstandig naamwoord (zn) is een woord voor:
• mensen: leerlingen, tante
• dieren: hamster, koe
• planten: tulp, eik
• dingen: fietsband, mobieltje




Slide 4 - Slide

en ook voor:
• namen: Heerhugowaard, Sarah
• begrippen: liefde, respect

Zelfstandige naamwoorden kun je vaak (maar niet altijd!):
• in het meervoud zetten: schilderij – schilderijen
• verkleinen: schilderij – schilderijtje

Slide 5 - Slide

Lidwoord - H2.7

Slide 6 - Slide

Samen oefenen
H2.7 - opdracht 5

4 minuten

Slide 7 - Slide

Zelfstandig werken
H2.7 - opdracht 6 t/m 10
Klaar?
Nakijken met een andere kleur. 
Zet een krul of verbeter je antwoord.

Slide 8 - Slide

Woordslinger

• De eerste noemt een zelfstandig naamwoord, bijvoorbeeld fiets. Controleer samen of dit echt een zelfstandig naamwoord is.
• De volgende noemt een ander zelfstandig naamwoord dat begint met de laatste letter van het vorige woord, bijvoorbeeld snoep (fiets – snoep).
• De volgende maakt weer een nieuw zelfstandig naamwoord met de laatste letter van het laatste woord, bijvoorbeeld poster. Ga zo verder.
• Als iemand een woord noemt dat géén zelfstandig naamwoord is, is hij af. De groep gaat dan verder. Wie blijft er als laatste over?

Slide 9 - Slide

Leerlingen klas 1C
Benjamin, Lauren, Julia, Iris, May, Tishano, Sem, Owen, Maxime, Luuk, Anne, Sterre, Bram, Gijs, Diek, Senna, Bas, Marjanne, Aaliyah





Slide 10 - Slide

Slide 11 - Link