MAVO3-hst6-verschillende-verbanden-versie1

Planning voor vandaag:
Start hoofdstuk 6. 
Dit wordt samen met hoofdstuk 7 getoetst.

1. Periodieke verbanden
2. Even aan het werk
3. Kwadratische verbanden
4. Aan de slag met je weektaak
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Planning voor vandaag:
Start hoofdstuk 6. 
Dit wordt samen met hoofdstuk 7 getoetst.

1. Periodieke verbanden
2. Even aan het werk
3. Kwadratische verbanden
4. Aan de slag met je weektaak

Slide 1 - Slide

Wat hebben jullie gedaan in de vakantie?

Slide 2 - Open question

Periodiek verband

Slide 3 - Slide

Welke grafiek is niet periodiek?

Slide 4 - Slide

Welk grafiek is niet periodiek?
A
Grafiek A
B
Grafiek B
C
Grafiek C
D
Grafiek D

Slide 5 - Quiz

Welke grafiek is niet periodiek?

Slide 6 - Slide

Reuzenrad
is ook een periodiek verband

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Minimum, maximum, periode, evenwichtsstand, amplitude, frequentie

Slide 9 - Slide

Dus:
Maximum = hoogste punt van de lijn
Minimum = laagste punt van de lijn
Periode = van maximum tot maximum
Evenwichtsstand = tussen het minimum en maximum
Amplitude = verschil evenwichtsstand en maximum / minimum
Frequentie = hoe veel periodes (in  bijv .1 minuut)

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Aan het werk met:
Opdracht 2 t/m 5
Krijg je een kwartier de tijd voor.

Mocht je klaar zijn, ga verder met:
opdracht 13, 16, 20, 23

Let op: laat berekeningen zien, als je die kan maken!

Slide 12 - Slide

Kwadratische vergelijkingen
4= 4 x 4 = 16

-42 = - 4 x 4 = -16

(-4)2 = -4 x -4 = 16

Slide 13 - Slide

9² = ...
(-9)² = ...
A
81 & 81
B
81 & - 81
C
- 81 & 81
D
- 81 & - 81

Slide 14 - Quiz

- 4²+ (-5)² = ...

Slide 15 - Open question

Dalparabool
h = 0,25a2 - 3a + 5

Wat moet je kunnen:
1. Beredeneren waarom het een dalparabool is
2. Punten invullen en de grafiek tekenen
3. Het minimum aangeven
4. Symmetrieas tekenen

Slide 16 - Slide

Bergparabool
h = -0,25a2 - 3a + 5

Wat moet je kunnen:
1. Beredeneren waarom het een bergparabool is
2. Punten invullen en de grafiek tekenen
3. Het maximum aangeven
4. Symmetrieas tekenen

Slide 17 - Slide

y = -3,5x² + 4
Wat is waar?
A
Het is een bergparabool
B
Het is een dalparabool
C
Het is een periodiek verband
D
Het is een kwadratisch verband

Slide 18 - Quiz

Huiswerk woensdag:
H6.1 : 2 t/m 5
            H6.2 : 13, 16, 20, 23

Let op: laat berekeningen en tekeningen zien!
Niet ingeleverd in TEAMS = huiswerk vergeten

Slide 19 - Slide