Klas 2 Les 6.2
1 / 38
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Er zit 3 seconden tussen
de twee foto's. wie had
de grootste snelheid?
de twee foto's. wie had
de grootste snelheid?
A
De wandelaar
B
De fietser
Slide 3 - Quiz
Er is om de 0,5 een flits. Hoeveel tijd
zit tussen flits A en F? Laat de
berekening met het juiste antwoord
zien.
zit tussen flits A en F? Laat de
berekening met het juiste antwoord
zien.
Slide 4 - Open question
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Een schaatsster schaatst 1500 m in 1 min en 58,10 s. Bereken haar gemiddelde snelheid. Voer je antwoord (met eenheid!) in!
Slide 20 - Open question
Slide 21 - Slide
Reken de snelheid van de vorige opgave (12,7 m/s) om naar km/h. Voer je antwoord (met eenheid!) in.
Slide 22 - Open question
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
Slide 33 - Slide
Els gaat een rondje lopen. Zij loopt flink door en heeft een gemiddelde snelheid van 5,8 km/h. Ze besluit anderhalf uur te lopen. Welke afstand heeft Els in anderhalf uur afgelegd?
Voer je antwoord (met eenheid) in.
Voer je antwoord (met eenheid) in.
Slide 34 - Open question
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Wat vind je van deze online les?
