What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woordsoorten herh. aanw. + vr.vnw + vz
Lesplanning
* 3 presentaties (aanw.vnw, vr.vnw en vz)
* oefeningen woordsoorten pers.vnw, bez.vnw, aanw.vnw en vr.vnw maken
1 / 20
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
20 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Lesplanning
* 3 presentaties (aanw.vnw, vr.vnw en vz)
* oefeningen woordsoorten pers.vnw, bez.vnw, aanw.vnw en vr.vnw maken
Slide 1 - Slide
Lesdoel
Aan het einde van de les kan je:
- een aanw.vnw en vr.vnw herkennen en benoemen.
- een pers.vnw en bez.vnw herkennen en benoemen.
- het verschil tussen de voornaamwoorden herkennen en benoemen.
Slide 2 - Slide
Huiswerk
H3 gr. woordsoorten (werkwoorden)
Vr 17-2:
lezen theorie H3 gr. woordsoorten
Ma 20-2:
m. opdr. 1 t/m 4 (H3 gr. ws)
Slide 3 - Slide
Voornaamwoord
een woord dat verwijst naar een persoon, dier of ding
vervangt een (zelfstandig) naamwoord
acht verschillende soorten (wij behandelen vandaag 4 voornaamwoorden)
Slide 4 - Slide
Persoonlijk voornaamwoord
vervangt een zelfstandig naamwoord
is in de zin het onderwerp, het lijdend voorwerp of het meewerkend voorwerp
voorbeelden: wij, ik, haar, hun, 't
Slide 5 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
geeft een bezit aan
staat meestal voor het zelfstandig naamwoord
voorbeelden: uw, mijn, z'n
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Wat gaat er mis bij 'Fijn dat ik jou juf mocht zijn'?
Slide 8 - Open question
Slide 9 - Slide
'Me broertje verveelt zich tijdens het weekend'. 'Me' moet zijn ....
Slide 10 - Open question
Bedenk een zin met een persoonlijk en een bezittelijk voornaamwoord.
Slide 11 - Open question
Aanwijzend voornaamwoord
wijst naar personen en zaken
voorbeelden: die, deze, zulke
voorbeeld: Pieter heeft
dezelfde
schoenen als ik.
Slide 12 - Slide
Benoem het aanwijzende voornaamwoord.
"Ik wil niet weggaan in m'n eentje,
maar deze avond is geen feestje."
Slide 13 - Open question
Vragend voornaamwoord
vervangt een persoon of ding
voorbeelden: wie, wat, welke, wat voor (een)
voorbeeld:
Wat voor
telefoon heb jij?
Slide 14 - Slide
Noem twee vragende voornaamwoorden.
Slide 15 - Mind map
Bedenk een zin met een aanwijzend en vragend voornaamwoord.
Slide 16 - Open question
Benoem het vragend voornaamwoord.
Wanneer kun je het beste beginnen met leren?
Slide 17 - Open question
vragend
voornaamwoord
aanwijzend voornaamwoord
Van
wie
is
die
mooie
sjaal?
Slide 18 - Drag question
vragend
voornaamwoord
aanwijzend voornaamwoord
Wat
heb
je
met
deze
boeken
gedaan?
Slide 19 - Drag question
Waar heb je nog vragen over?
Slide 20 - Open question
More lessons like this
2TH Aanwijzend en vragend voornaamwoord
April 2021
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
2TH Aanwijzend en vragend voornaamwoord
April 2021
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
2 mavo
September 2024
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Eerste Lessonup compleet zelf gemaakt
December 2021
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
3m woordsoorten (flex)
April 2021
- Lesson with
36 slides
neder
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
1VW H5 grammatica woordsoorten herhaling voornaamwoorden
June 2021
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Grammatica woordsoorten leerjaar 2
October 2022
- Lesson with
30 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
3m woordsoorten (flex)
November 2022
- Lesson with
45 slides
neder
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3