Tekstopbouw

Tekstopbouw
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3,4

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Tekstopbouw

Slide 1 - Slide

Lesdoelen:
-De basisstructuur van een tekst herkennen (inleiding, middenstuk, slot).
-Uitleggen welke functies alinea’s hebben binnen een tekst.
-Signaalwoorden koppelen aan de juiste tekstverbanden.

Slide 2 - Slide

introductie
 “Wat maakt een tekst goed leesbaar?”
-->Reageer kort en bondig

waarom zorgt een duidelijke tekstopbouw ervoor dat een tekst logisch en begrijpelijk is?

Slide 3 - Slide

A. De Basisstructuur van een Tekst
Elke goed opgebouwde tekst bestaat uit drie delen:
Inleiding
Hier wordt het onderwerp geïntroduceerd.
Vaak wordt een vraag gesteld of een opvallende uitspraak gedaan om de aandacht te trekken.
Middenstuk
Dit is het langste deel en bevat de belangrijkste informatie.
Bestaat uit verschillende alinea’s met argumenten, voorbeelden of uitleg.
Slot
Hier wordt de tekst afgerond.
Er kan een conclusie, een samenvatting of een advies worden gegeven.

Slide 4 - Slide

B. Alinea’s en Signaalwoorden
Een tekst is opgebouwd uit alinea’s. Elke alinea heeft vaak:
  1. -Een kernzin met de hoofdboodschap.
  2. -Ondersteunende zinnen met uitleg of voorbeelden.
  3. -Signaalwoorden helpen bij het herkennen van tekstverbanden, bijvoorbeeld:

  • Opsomming: ten eerste, bovendien, ook.
  • Tegenstelling: maar, echter, daarentegen.
  • Oorzaak-gevolg: daardoor, hierdoor, als gevolg van.
  • Conclusie: dus, kortom, samenvattend.

Slide 5 - Slide

Welke drie onderdelen heeft een tekst?

Slide 6 - Open question

Wat is de functie van een inleiding?
A
Het is een samenvatting van de hele tekst
B
Het maakt de tekst langer
C
Het geeft de hoofdboodschap van een alinea

Slide 7 - Quiz

Waarom is een kernzin belangrijk in een alinea?
A
het maakt de tekst langer
B
het is een samenvatting van de hele tekst
C
het geeft de hoofdboodschap van de alinea

Slide 8 - Quiz

Wat is het verschil tussen een conclusie en een samenvatting?
A
Een conclusie is een korte herhaling van de tekst, een samenvatting geeft een mening
B
Een conclusie geeft een mening of resultaat, een samenvatting herhaalt de hoofdpunten
C
Ze betekenen hetzelfde
D
-

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Video

Geef een voorbeeld van een signaalwoord voor een opsommend tekstverband

Slide 11 - Open question

Geef een voorbeeld van een signaalwoord voor een tegenstellend tekstverband

Slide 12 - Open question

Geef een voorbeeld van een signaalwoord voor een chronologisch tekstverband

Slide 13 - Open question

Zet de volgende tekst in de juiste volgorde:
1. Daarom is het belangrijk om elke dag te bewegen.
2. Mensen die veel bewegen hebben een betere gezondheid.
3. Sporten en wandelen zorgen ervoor dat je fit blijft.
timer
0:30
A
1-2-3
B
3-2-1
C
2-3-1
D
3-1-2

Slide 14 - Quiz

Welke alinea zou je als eerste zetten in een tekst over klimaatverandering:
A) Oorzaken van klimaatverandering.
B) Maatregelen tegen klimaatverandering.
C) Wat is klimaatverandering?
timer
0:10
A
B
B
C
C
kan allemaal!
D
A

Slide 15 - Quiz

Vul het juiste signaalwoord in:
"Ik had geen zin om te leren, ____ toch heb ik een voldoende gehaald."
A
en
B
helaas
C
maar
D
met andere woorden

Slide 16 - Quiz

Welke functie heeft de laatste alinea van een tekst?

Slide 17 - Open question

Heeft elke tekst een slot?
A
ja
B
nee

Slide 18 - Quiz

waarom heeft niet elke tekst een slot? Leg eens uit.

Slide 19 - Open question

Wat is een goed signaalwoord om een conclusie mee in te leiden?

Slide 20 - Open question

Wat vind je nog moeilijk aan dit onderdeel van begrijpend lezen?

Slide 21 - Open question