1 Groene stroom wordt opgewekt door onder andere windturbines.
2 In de stiltecoupé ergerde Joy zich groen en geel aan een bellende meneer.
3 In de wintermaanden strooit Omid broodkorsten voor de vogels.
4 Isa bouwt een bijenhotel: een broedplek voor bijen, die met uitsterven worden
bedreigd.
5 In veel grote steden zijn oude dieselauto’s in het stadscentrum verboden.
6 Van alle Waddeneilanden is Texel het grootst en het heeft het hoogste
inwoneraantal.