20190613 argumenten

argumenten
1 / 16
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

argumenten

Slide 1 - Slide

Doel
Je herkent argumenten
Je herkent het standpunt

Je kunt de termen argument, subargument, tegenargument en weerlegging uitleggen.

Slide 2 - Slide

Programma
Filmpje met uitleg over argumentatie
Oefenen met argumenten
Zelfstandig leren

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Standpunt

Een mening;
Een bewering.

Slide 5 - Slide

Hoe herken je een standpunt?
Ik vind dat ...
Volgens mij ...
Dus ...
Je zou ... moeten doen
Ik denk ...
Kortom ...
Daarom ...

Slide 6 - Slide

Argumenten
Waarom je iets vindt.

Slide 7 - Slide

Hoe herken je een argument?
Want ...
Omdat ...
Namelijk ...
Aangezien ...
Immers ...
(voor of na het standpunt)

Slide 8 - Slide

Argumenten
Feitelijk (objectief)               = waar/niet waar -> hoeft niet onderbouwd te worden
Niet-feitelijk (subjectief)   = mening (waarderend) -> moet onderbouwd worden

Feitelijk                                          Ik ga naar Bornego College, want die school ligt dicht bij mijn huis.
Niet-feitelijk                                Ik ga naar Bornego College, want daar werken de beste docenten.

Slide 9 - Slide

(sub)argumenten
Standpunt                Ik vind dat mobiele telefoons niet toegestaan 
                                       mogen worden op school.
Argument (want)   De mobiele telefoon leidt de leerling af.
Subargument          Je kunt je maar op een ding tegelijk focussen.

Slide 10 - Slide

Tegenargument en weerlegging
Tegenargumenten          argumenten tegen het standpunt
Weerlegging                       tegen een tegenargument ingaan

Slide 11 - Slide

(sub)argumenten
Standpunt                Ik vind dat mobiele telefoons niet toegestaan 
                                       mogen worden op school.
Argument (want)   De mobiele telefoon leidt de leerling af.
Subargument          Je kunt je maar op een ding tegelijk focussen.
Tegenargument     Maar je kunt de telefoon nuttig gebruiken in de klas
Weerlegging             Toch is de afleiding te groot tijdens het grootste deel van 
                                        de les.

Slide 12 - Slide

Oefening
Roken op een terras

Bedenk een standpunt, een argument, een subargument, een tegenargument en een weerlegging.
timer
4:00

Slide 13 - Slide

1. Wat is het onderwerp van deze tekst?

2..De term 'mantel' dekt de lading trouwens niet helemaal. Welk argument geven ze in dezelfde alinea? En welk argument geven ze in alinea 3?

3. Aan welk signaalwoorden herken je deze argumenten?

4. Zijn deze argumenten een feit of een mening?

5. Want je kunt hem niet omslaan.. Welk argument wordt daarvoor gegeven?

6. Hoe herken je dit argument?


Om er even in te komen. Je hebt 5 minuten.....
timer
5:00

Slide 14 - Slide

Antwoorden


1 de onhoorbaarheidsmantel

2 Je kunt hem niet
zomaar omslaan(zelfde alinea). En de nieuwe onhoorbaarheidsmantel lijkt meer op een afdakje(alinea 3)

3 want en verder.

4 feiten 

5 Tot dusver zijn dergelijke mantels gemaakt van stevig en onplooibaar
materiaal.






Slide 15 - Slide

Zelfstandig leren
Eerste 10 minuten volledig stil
timer
10:00

Slide 16 - Slide