wat variabele en vaste kosten zijn en kan ik de kostprijs berekenen.
Slide 3 - Slide
Regels
Telefoons in de telefoontas of in de kluis
Jassen in de kluis
Boeken bij je of device.
Na binnenkomst, rustig zitten, spullen op tafel en tas van tafel. (lesklaar)
basis en kader apart. Kader aan de raamkant, basis aan de gangkant.
Start van de les als het stil is.
Tijdens de uitleg ben je stil. Vragen alleen over de uitleg.
Tijdens uitwerken werk je alleen en in stilte. Oortjes mag, maar niet met telefoon.
Einde van de les spullen inpakken als ik dat zeg. Eerst afsluiten en dan inpakken.
Laat het lokaal netjes achter, bijv. geen papier laten slingeren en stoelen aanschuiven,
Slide 4 - Slide
Verplaatsen
Maak de rij van langs de gang leeg.
Slide 5 - Slide
Nieuw hoofdstuk
Hoofdstuk 3
Hoe ondernemend ben jij?
Productiefactoren. (KANO)
Productiecapaciteit
Bruto en Netto winst
Kostprijsberekening
Slide 6 - Slide
Afschrijvingen
Slide 7 - Slide
Opdracht 5
Opdracht 5 maken in je boek/schrift op je device.
2 minuten de tijd.
in stilte.
snap je het niet, probeer het voorbeeld te maken in de leesstof (blokje boven opgave 5).
Ben je klaar, ga verder met opgave 6 en de herhalingsopdracht 2 en rekenopdracht 1.
na 2 minuten klassikaal bespreken.
timer
2:00
Slide 8 - Slide
Opdracht 5
Een taxibedrijf investeert € 59.000 in een nieuwe taxi. Het is de bedoeling deze taxi zes jaar te gebruiken. Daarna is de restwaarde naar schatting nog € 20.000. Bereken de jaarlijkse afschrijving van deze taxi.
(€ 59.000 – € 20.000) ÷ 6 =
€ 39.000 ÷ 6 = € 6.500
Slide 9 - Slide
Kosten bij produceren
Slide 10 - Slide
Kostprijs per product
= gemiddelde kosten voor het maken van één product.
Berekening:
Slide 11 - Slide
Opdracht 9a
Opdracht 9a maken in je boek/schrift op je device.
2 minuten de tijd.
in stilte.
snap je het niet, probeer het voorbeeld te maken in de leesstof (blokje boven opgave 9).
Ben je klaar, ga verder met opgave 9b,c en d, 7 en 8 en herhalingsopdracht 7.
na 2 minuten klassikaal bespreken.
timer
2:00
Slide 12 - Slide
Opdracht 9a
Een bandenfabrikant maakt per jaar 625.000 fietsbanden. De vaste kosten zijn € 2,5 miljoen en de variabele kosten € 1,5 miljoen.
€ 2.500.000 + € 1.500.000 = € 4.000.000
€ 4.000.000 ÷ 625.000 = € 6,40
Slide 13 - Slide
Oefenen opgaven
Opgaven 6, 7, 8, 9.
in stilte.
snap je het niet, probeer het voorbeeld te maken in de leesstof (blokje boven opgave 9).
Tot 3 minuten voor het einde van de les. Dan samen afsluiten.