ARGO Grammatica 3.4 en 3.5 imperativus, vocativus, infinitivus

ARGO Grammatica 3.4 en 3.5 
imperativus, vocativus, infinitivus
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

ARGO Grammatica 3.4 en 3.5 
imperativus, vocativus, infinitivus

Slide 1 - Slide

In deze lessonup: 
Herhaling indicativus praesens
Introductie imperativus
(inclusief ontkenning)
Introductie vocativus
Herhaling infinitivus

Slide 2 - Slide

Kun je het rijtje van de indicativus al goed onthouden?


Anders zou je het ook met een liedje kunnen proberen...

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

1 ev
2 ev
3 ev
1 mv
2 mv
3 mv
εις
ομεν
ει
ετε
ω
ουσι(ν)

Slide 5 - Drag question

Ik zeg
Hij zegt
Jullie zeggen
Zij zeggen
Jij zegt
Wij zeggen
λεγει
λεγουσιν
λεγω
λεγεις
λεγετε
λεγομεν

Slide 6 - Drag question

Verbind de werkwoorden met de juiste vorm

1 ev
2 ev
3 ev
1 mv
2 mv
3 mv
Φαίνω
σοι
τὴν 
εἰς 
ὁδὸν 
τὸν 
 οἶκον,
οὗ
γέρων
ἐστίν.

Slide 7 - Drag question

Imperativus 
Imperativus (imp.) = gebiedende wijs

Imperativus ev (bevel aan 1 persoon) eindigt op -ε: 
λυε = maak los! / jij moet losmaken!

Imperativus mv (bevel aan meerdere personen) eindigt op -ετε: 
λυετε = maak los! / jullie moeten losmaken


Slide 8 - Slide

De Griekse groet χαιρε (van χαιρω) betekent dus letterlijk....?
A
Gegroet!
B
Wees blij!
C
Hallootjes!
D
Vrede met u!

Slide 9 - Quiz

Als je meerdere mensen begroette, zei je:
A
χαιρε
B
χαιρομεν
C
χαιρετε
D
χαιρουσιν

Slide 10 - Quiz

Extra info bij de imperativus: (1/2)
- Een ontkenning in een zin is bij de indicativus οὐ/ουκουχ. 
Bij een imperativus staat μη

ὠ κοραι, μη ἀκουετε της ἀδελφης
(Oh) meisjes, luister niet naar de zus!

Slide 11 - Slide

Extra info bij de imperativus: (2/2)
- Vaak (maar niet altijd) staat er een vocativus bij de imperativus.

ὠ κορη, ἀκουε της ἀδελφης
(Oh) meisje, luister naar de zus! 


Slide 12 - Slide

Vocativus
Vocativus (voc) = aanspreekvorm
Te herkennen aan het lidwoord: ὦ (niet vertalen)

Vorm: meestal: Hetzelfde als de nominativus (ev & mv)
Groep 2 op -ος: -ε 
ὁ υἱος -> ὦ υἱε
Groep 3: voc = stam (vaak)
ὁ ἡγεμων (ἡγεμονος) -> ὦ ἡγεμον

Slide 13 - Slide

Infinitivus (herhaling)
- De infinitivus (inf) is het hele werkwoord
- Vorm: -ειν, bijvoorbeeld λυειν (losmaken, los te maken)
- Uitzonderling: εἰναι (zijn)

- Vertaling: 'gewoon' of soms met 'om te' of 'te'
Voorbeeld: ik heb zin om te lopen, wil jij ook lopen?

De infinitivus is altijd afhankelijk van een ander werkwoord.

Slide 14 - Slide

De vorm λαμβανε is een
A
indicativus
B
imperativus
C
infinitivus
D
vocativus

Slide 15 - Quiz

De vorm ὦ φιλε is een
A
indicativus
B
imperativus
C
infinitivus
D
vocativus

Slide 16 - Quiz

De vorm λαμβανει is een
A
indicativus
B
imperativus
C
infinitivus
D
vocativus

Slide 17 - Quiz

De vorm λαμβανειν is een
A
indicativus
B
imperativus
C
infinitivus
D
vocativus

Slide 18 - Quiz

Wat vind je nog lastig?
A
de imperativus
B
de vocativus
C
de infinitivus
D
ik heb het allemaal wel onder controle denk ik

Slide 19 - Quiz