Leesvaardigheid 2.3 2024 1k

2.3 Lezen
Leg je spullen op tafel:
Boek
schrift
laptop
1 / 45
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2.3 Lezen
Leg je spullen op tafel:
Boek
schrift
laptop

Slide 1 - Slide

Planning
  • Schrijfopdracht
  • Lesdoelen
  • Stelling
  • Uitleg
  • Debat
  • Lesdoelen check

Slide 2 - Slide

Schrijf in 5 zinnen over wat je vond van kerst of oud en nieuws. Dus; geef je mening en vertel wat je hebt gedaan. Let op je spelling en leestekens.

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les...

- kun je feiten en meningen herkennen en benoemen
- kun je de signaalwoorden herkennen en benoemen


Slide 4 - Slide

Stelling


"De kerstvakantie moet een week langer duren."


Sta op als je het eens bent!
Waarom?

Slide 5 - Slide

Aantekeningen 2.3 Feit/Mening
Feit

Is echt of is werkelijk gebeurd.

Kun je meestal controleren.
Mening

Is iets wat iemand vindt of denkt.

Verschilt per persoon: iedereen kan een andere mening hebben.
Rij 1: feit
Rij 2: mening
Rij 3: feit

Slide 6 - Slide

Opdracht: Debat voeren
  • Elk groepje krijgt een stelling (mening);
  • De ene helft van de klas is vóór en de andere helft tegen;
  • Je bedenkt dat de stelling jouw mening is;
  • Je gaat feiten bedenken/opzoeken en opschrijven waardoor jij jouw stelling verdedigt.


Waarom doen we dit?: Dit helpt je om het verschil tussen feiten en meningen te begrijpen en te leren hoe je een mening kunt onderbouwen met feiten.

Slide 7 - Slide

Opdracht: Debat
Stellingen
  • Social media heeft een negatief effect op jongeren.
        Groep 1: vóór                          Groep 2: tegen
  • Fatbikes zijn de beste!
        Groep 3: vóór                          Groep 4: tegen
  • De winter is het mooiste seizoen.
         Groep 5: vóór                          Groep 6: tegen




Slide 8 - Slide

Lesdoelen behaald? 

Slide 9 - Slide

Wat is een feit?
A
Echt gebeurd of echt waar (controle)
B
Wat iemand vindt of denkt

Slide 10 - Quiz

Wat is een mening?
A
Echt gebeurd of echt waar (controle)
B
Wat iemand vindt of denkt

Slide 11 - Quiz

Feit of mening?

25 december is het eerste kerstdag.
A
Feit
B
Mening

Slide 12 - Quiz

Feit of mening?

Kerst was leuker dan Sinterklaas.
A
Feit
B
Mening

Slide 13 - Quiz

2.3 Lezen deel 2
Leg je spullen op tafel:
Boek
schrift
laptop

Slide 14 - Slide

Planning
  • Lesdoelen
  • Herhaling feit/mening
  • Maken: 3 t/m 7
  • Aantekeningen/ uitleg
  • Opdracht
  • Lesdoelen check

Slide 15 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les...

- kun je feiten en meningen herkennen en benoemen
- kun je de signaalwoorden herkennen en benoemen


Slide 16 - Slide

Herhaling feit en mening

Slide 17 - Slide


Het was 1 januari het nieuwe jaar.
A
feit
B
mening

Slide 18 - Quiz

Het is koud.
A
feit
B
mening

Slide 19 - Quiz

De kerstvakantie duurde twee weken.
A
feit
B
mening

Slide 20 - Quiz

In de klas mag je geen
telefoon in je tas hebben.
A
feit
B
mening

Slide 21 - Quiz

De kerstman had een
mooi pak aan.
A
feit
B
mening

Slide 22 - Quiz

Aantekeningen 2.3 Feit/Mening
Feit

Is echt of is werkelijk gebeurd.

Kun je meestal controleren.
Mening

Is iets wat iemand vindt of denkt.

Verschilt per persoon: iedereen kan een andere mening hebben.
Rij 1: feit
Rij 2: mening
Rij 3: feit

Slide 23 - Slide

Maken 2.3

3 t/m 7
timer
15:00

Slide 24 - Slide

Wat valt je op aan het volgende verhaaltje?
1 kader heeft kleurweek gehad, daarnaast hebben ze een kerstmarkt gehouden, vervolgens hebben ze kerst gevierd en tot slot hebben ze oud en nieuw gevierd.

Slide 25 - Open question

Wat valt er op?


Er wordt hier een opsomming gehouden over de activiteiten die 1K heeft gedaan. Door sommige woorden wordt de opsomming aangegeven, namelijk:

daarnaast - vervolgens - tot slot

1 kader heeft kleurweek gehad, daarnaast hebben ze een kerstmarkt gehouden, vervolgens hebben ze kerst gevierd en tot slot hebben ze oud en nieuw gevierd.

Slide 26 - Slide

Tekstverband: opsomming 2.3
Opsomming:
Bij sommige teksten wordt er een verband gelegd tussen woorden/zinnen. Dat verband kan bijvoorbeeld een opsomming zijn. Bij een opsomming horen signaalwoorden, namelijk:

als eerste - bovendien - verder - daarnaast - ook - tot slot

Slide 27 - Slide

Wat voor opsomming geven ze in het volgende stukje?
Mika heeft in de vakantie gesport, daarnaast kerst gevierd, ook met familie gebowld en tot slot oud en nieuw gevierd.

Slide 28 - Open question

Maken 2.3

  1. Geef je mening over Fatbikes;
  2. Vervolgens geef je drie feiten die jouw mening ondersteunen;
  3. Tot slot zorg je dat jouw feiten als een opsomming in je schrift staan.
timer
10:00
Zelstandig aan het werk

Slide 29 - Slide

Lesdoelen behaald? 

Slide 30 - Slide

Geef je mening over het weer.

Slide 31 - Open question

Geef een feit over het weer.

Slide 32 - Open question

Wat voor opsomming wordt er gegeven:

1 Kader gaat leren voor Nederlands, vervolgens hebben zij een SO over 2.3

Slide 33 - Open question

2.3 Lezen
Deel 3
Leg je spullen op tafel:
Boek
schrift
laptop

Slide 34 - Slide

Planning
  • Schrijfopdracht
  • Lesdoelen
  • Stelling
  • Uitleg
  • Debat
  • Lesdoelen check

Slide 35 - Slide

Lesdoelen
Aan het einde van de les...

- kun je feiten en meningen herkennen en benoemen
- kun je een opsomming herkennen en benoemen


Slide 36 - Slide

Herhaling feit/mening
Staan = feit
Zitten = mening

Slide 37 - Slide

Sporten maakt je gelukkiger.

Slide 38 - Slide

Sporten maakt je gelukkiger.

Mening
Niet iedereen wordt er gelukkig van.

Slide 39 - Slide

Kangoeroes kunnen niet achteruit lopen.

Slide 40 - Slide

Kangoeroes kunnen niet achteruit lopen.


Feit
Dit komt doordat hun grote staarten en sterke achterpoten het onmogelijk maken voor een kangoeroe om achteruit te bewegen. Ze kunnen alleen maar vooruit of heel voorzichtig zijwaarts springen.

Slide 41 - Slide

Koala's slapen gemiddeld 22 uur per dag!

Slide 42 - Slide

Koala's slapen gemiddeld 22 uur per dag!

Feit
Koala's hebben een enorm slaapbehoefte. Ze slapen bijna de hele dag door, omdat hun dieet van eucalyptusbladeren niet veel energie oplevert. Wie zou er niet graag zoveel slapen als een koala?

Slide 43 - Slide

Pizza is het beste eten ter wereld.

Slide 44 - Slide

Pizza is het beste eten ter wereld.

Mening
Niet iedereen vind pizza zo lekker als dat sommige van jullie vinden.

Slide 45 - Slide