3 havo hfd 4 woordenschat pleonasme tautologie

Woordenschat

 

Hoofdstuk 4

 

Pleonasme en tautologie

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Woordenschat

 

Hoofdstuk 4

 

Pleonasme en tautologie

Slide 1 - Slide

Stijlfouten:  pleonasme, tautologie


- Pleonasme: een eigenschap van een zaak of persoon nog eens noemen.

- Tautologie: twee woorden van dezelfde woordsoort die hetzelfde betekenen.

Slide 2 - Slide

Geef bij de volgende quizvragen steeds aan welke stijlfout je herkent in de zin.

Slide 3 - Slide

De plakkerige kauwgom bleef aan mijn schoenzool kleven.
A
eufemisme
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 4 - Quiz

Meike wilde never nooit vlees meer eten en zwoer haar hele leven vegetariër te blijven.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 5 - Quiz

Bij zo'n operatie is er een kans op mogelijke complicaties.
A
hyperbool
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 6 - Quiz

Die eeneiige tweelingzusjes zijn uiterlijk identiek hetzelfde, maar hun karakter is zeer verschillend.
A
hyperbool
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 7 - Quiz

Sommige kranten geven op hun website het nieuws gratis weg.
A
metonymie
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 8 - Quiz

Mag ik u verzoeken bij de kassa te willen betalen?
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 9 - Quiz

Je moet je verplicht inschrijven voor de cursus.
A
hyperbool
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 10 - Quiz

Hij nam te veel hooi op zijn schouders en raakte overspannen.
A
hyperbool
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 11 - Quiz

Noem drie dingen die je deze les hebt geleerd?

Slide 12 - Open question

Wat vind je nog onduidelijk?

Slide 13 - Open question

Huiswerk volgende les
Hfd.4/Woordenschat/Stijlfiguren: Startopdr. en opdr. 1 en 2. 
 

Slide 14 - Slide