Paragraaf 3

Welkom
De timer staat op 3 minuten, deze 3 minuten zijn voor jezelf.
Als deze 3 minuten voorbij zijn is het de bedoeling dat:
- je tas op de grond staat
- je het boek voor je hebt op blz. 78
- een pen in je hand hebt
- je mobiel volledig uit het zicht is
timer
3:00
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom
De timer staat op 3 minuten, deze 3 minuten zijn voor jezelf.
Als deze 3 minuten voorbij zijn is het de bedoeling dat:
- je tas op de grond staat
- je het boek voor je hebt op blz. 78
- een pen in je hand hebt
- je mobiel volledig uit het zicht is
timer
3:00

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
- je weet welke redenen er zijn om geld te lenen
- je kunt de kosten van een lening berekenen
- je weet welke soorten leningen er zijn
- je kunt uitleggen waarom "koop op afbetaling" ook een lening is

Slide 2 - Slide

Waarom lenen? (motieven)
Er zijn 4 belangrijke redenen om te lenen:
1. tijdelijk geldtekort
2. je wilt nú iets duurs kopen
3. je hebt onverwacht geld nodig
4. woning kopen, hypotheek

Slide 3 - Slide

rol van de bank
Het geld wat gespaard wordt bij de bank, wordt weer uitgeleend. De bank betaalt de spaarders rente, en ontvangt van de leners rente. De rente die de bank ontvangt is hoger, zo verdient de bank geld.

Slide 4 - Slide

"Geld lenen kost geld"
Het geleende bedrag = krediet
aflossing = maandtermijn of termijnbedrag
alles wat je meer betaalt dan je geleende krediet zijn kredietkosten

(termijnbedrag x aantal termijnen) - krediet

Slide 5 - Slide

Kredietkosten

Als je geld leent, krijg je te maken met verschillende kosten:

  • aflossing: terugbetaling van het leenbedrag;
  • rente: een percentage van het leenbedrag als vergoeding voor het lenen.

Je betaalt kredietkosten meestal op 
vaste momenten in maandelijkse termijnen.


Slide 6 - Slide

Kredietkosten berekenen
  • Krediet = lening
  • Kredietkosten = (aantal termijnen x termijnbedrag) - lening
    Rekenvoorbeeld
    Ik leen € 2.000 en betaal terug in maandelijkse termijnen van elk 
    € 100. Looptijd is twee jaar. Bereken de kredietkosten.
    >> (24 x € 100 ) - € 2.000 = € 400,-

    Slide 7 - Slide

    Zelf aan het werk
    Lees nu de blauwe stukjes op blz. 78 en 79

    Maak daarna opdracht 3, 5 en 6 op blz. 78 en 79

    Slide 8 - Slide

    Nakijken opdr. 3, 5 en 6
    3a = voor de één kan het noodzaak zijn
    3b = sneller er van af, minder rentekosten
    5a = 26 x €456 = €16.416
    5b = €16.416 - €15.000 = €1.416
    6a1 = 12 x €1.291 = €15.492 dus €492
    6a2 = 60 x €290 = €17.400 dus €2.400
    6b = hoe korter de lening, hoe goedkoper

    Slide 9 - Slide

    Geld lenen bij de bank
    Je kunt een lening afsluiten bij de bank voor je aankopen:
    • consumptief krediet (voor bijv. apparaten, scooter, computer);
    • hypothecaire lening (voor het kopen van een huis).

    Slide 10 - Slide

    Kredietvormen

    Consumptief krediet (bank):

    • persoonlijke lening (lenen en terugbetalen in afgesproken termijnen);
    • doorlopend krediet (wat afgelost is mag opnieuw opgenomen worden);
    • salariskrediet (rood staan bij de bank).


    Consumptief krediet (winkel):

    • koop op afbetaling (meteen eigenaar);
    • huurkoop (pas eigenaar na aflossing).


    Slide 11 - Slide

    Hypothecaire lening (hypotheek)





    Lening voor de aankoop van een huis of stuk grond.


    Kenmerken:

    • Het huis of het stuk grond is onderpand. Als je de termijnen niet kunt betalen, verkoopt de bank het onderpand om de hypotheek af te lossen.
    • Lage rente: de bank loopt minder risico dan bij een lening zonder onderpand. Daarom is de rente bij een hypotheek lager dan bij een gewone lening.


    Slide 12 - Slide

    Koop op afbetaling
    - ook een vorm van consumptief krediet
    - elke maand een bedrag voor rente en aflossing
    - de kredietkosten zijn hoog

    "Laptop kost normaal €700,-
    of
    Elke maand €100,- gedurende één jaar"

    Slide 13 - Slide

    Lesdoelen behaald?
    - je weet welke redenen er zijn om geld te lenen
    - je kunt de kosten van een lening berekenen
    - je weet welke soorten leningen er zijn
    - je kunt uitleggen waarom "koop op afbetaling" ook een lening is

    Slide 14 - Slide

    Huiswerk(?)
    Voor de volgende les moeten alle opdrachten van paragraaf 3 gemaakt zijn.
    Ga daar nu mee aan de slag.
    Alles wat je hier afmaakt hoef je dus niet thuis te doen
    Alleen als je alles klaar hebt mag je wat je voor jezelf gaan doen

    Slide 15 - Slide