1Ha- oefenen hoofdgedachte/onderwerp

Welkom 1Ha!
Pak je leesboek.
Verder vandaag:
Oefenen met hoofdgedachte en onderwerp
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom 1Ha!
Pak je leesboek.
Verder vandaag:
Oefenen met hoofdgedachte en onderwerp

Slide 1 - Slide

Eerst:
Bespreken huiswerk: opdracht 6 van Paragraaf 2 van Lezen.

Pak je huiswerk erbij, we bespreken het klassikaal. 

Slide 2 - Slide

Doel van de les 
Aan het einde van de les weet je wat een hoofdgedachte is en hoe je deze kunt vinden in de tekst.

Aan het einde van de les weet je wat een onderwerp is en hoe je het onderwerp van een tekst kunt bepalen.

Pak je laptop en ga naar LessonUp! 

Slide 3 - Slide

Hoofdgedachte?!

Slide 4 - Mind map

Waar staat een hoofdgedachte in de tekst, denk jij?

Slide 5 - Open question

Hoofdgedachte  
Hoofdgedachte = in één zin samengevat wat de schrijver zegt over de tekst (mini samenvatting)

Het bevat het onderwerp
Hij staat vaak aan het begin of einde van de tekst (soms staat hij in de tekst en soms moet je hem zelf bedenken)

Het is NOOIT een vraagzin!

Slide 6 - Slide

Wat de schrijver over het onderwerp vertelt is...
A
de titel
B
de inhoud
C
de hoofdgedachte

Slide 7 - Quiz

De hoofdgedachte is...
A
waar de tekst over gaat
B
wat in de titel staat
C
wat de schrijver over het onderwerp zegt in één zin

Slide 8 - Quiz

De hoofdgedachte staat meestal...
A
aan het begin of einde van de tekst
B
in de titel of in het midden van de tekst
C
in het midden van de tekst
D
aan het begin van de tekst of in de titel

Slide 9 - Quiz

De hoofdgedachte is altijd...
A
een woord
B
een zin
C
een woord of een zin

Slide 10 - Quiz

Een tekst heeft...
A
altijd een hoofdgedachte
B
niet altijd een hoofdgedachte
C
nooit een hoofdgedachte

Slide 11 - Quiz

De hoofdgedachte...
A
kan een vraag zijn
B
is altijd een vraag
C
is nooit een vraag

Slide 12 - Quiz

De hoofdgedachte is...
A
een uitgebreide samenvatting
B
een soort minisamenvatting
C
de titel van de tekst

Slide 13 - Quiz

Het onderwerp van de tekst staat...
A
altijd in de hoofdgedachte
B
soms in de hoofdgedachte
C
nooit in de hoofdgedachte

Slide 14 - Quiz

Uit maximaal hoeveel woorden bestaat het onderwerp?
A
1
B
3
C
5
D
2

Slide 15 - Quiz

Onderwerp
Onderwerp = waar de hele tekst over gaat
                             omschreven in max. 5 woorden 
                             je vindt deze vaak in de inleiding/titel


Slide 16 - Slide

Wat is het
onderwerp? 

Slide 17 - Slide

Wat is het onderwerp?

Slide 18 - Mind map

Wat is de hoofdgedachte?
A
Pas als de mens nergens meer naar verlangt, is hij volmaakt gelukkig.
B
Door zich in de leer van het boeddhisme te verdiepen en elke dag te mediteren kunnen mensen het volmaakte geluk bereiken.
C
De mens wordt pas gelukkig als hij dit verlangen kan loslaten en op zoek gaat naar geestelijke rijkdom

Slide 19 - Quiz

Wat is het
onderwerp? 

Slide 20 - Slide

Wat is het onderwerp?

Slide 21 - Mind map

Wat is de hoofdgedachte?
A
Je kunt allergische reacties op de huismijtpoep voor een deel voorkomen.
B
Een huisstofmijt is zo klein dat je hem met het blote oog niet eens kunt zien.
C
Eigenlijk ben je niet allergisch voor de huisstofmijt zelf, maar voor hun poep!

Slide 22 - Quiz

Wat vind je nog lastig?

Slide 23 - Mind map

Aan de slag
Maak opdracht 9 op bladzijde 22. 

Slide 24 - Slide