What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Werkwoordspelling H4 en H5 leerjaar 1
Spelling H4 en H5
Herhalingsoefening H4
uitleg H5
Oefening H5
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Spelling H4 en H5
Herhalingsoefening H4
uitleg H5
Oefening H5
Slide 1 - Slide
Ik heb de proefwerken nog niet (corrigeren)
A
gecorrigeerd
B
gecorrigeert
Slide 2 - Quiz
Hij (hoesten, v.t.)
en (proesten, v.t.)
doordat hij zich had (verslikken)
A
Hoeste, proeste, verslikt
B
hoestte, proestte, verslikt
C
Hoesten, proesten, verslikt
D
Hoestten, proestten, verslikt
Slide 3 - Quiz
Op deze hoek (gebeuren, tt) wel vaker een ongeluk.
A
gebeurdt
B
gebeurt
C
gebeurd
Slide 4 - Quiz
Mijn vader heeft de muren opnieuw (verven)
A
geverft
B
geverfdt
C
geverfd
Slide 5 - Quiz
Mijn vader heeft de muren opnieuw (verven)
A
geverft
B
geverfdt
C
geverfd
Slide 6 - Quiz
Verkleinwoord.
Wat is het verkleinwoord van de kano?
A
kano'tje
B
kanotje
C
kanoo'tje
D
kanootje
Slide 7 - Quiz
Verkleinwoorden
welke spelling is juist?
A
tostietje
B
tosti'tje
C
tostie'tje
D
tostitje
Slide 8 - Quiz
verkleinwoorden
Wat is het verkleinwoord van baby?
A
babytje
B
babietje
C
baby'tje
D
babie'tje
Slide 9 - Quiz
Welke verkleinwoorden zijn correct gespeld?
A
harinkje-omaatje-cafeetje
B
harigkje- oma'tje- cafeetje
C
harinkje-omaatje-café'tje
D
harinkje- oma'tje- café'tje
Slide 10 - Quiz
Verkleinwoorden
A
display'tje
B
displaytje
Slide 11 - Quiz
VDW als bijvoeglijk naamwoord
twee regels
- zo kort mogelijk opschrijven;
- wanneer een vdw eindigt op -en, dan schrijf je het BN ook met -en.
Slide 12 - Slide
BN eindigt op -en
vb.
Ik heb mijn boek uitgelez
en
--> het uitgelez
en
boek
De deuren zijn geslot
en
--> de geslot
en
deuren
Slide 13 - Slide
Het tegenwoordig deelwoord als bn
- tegenwoordig deelwoord: de handeling is nog niet voorbij
vb. Lachend zitten we in de klas / Blozend stelde ik mezelf voor.
als bijvoeglijk naamwoord:
vb. De kletsende meisjes/ De huilende baby/ De blaffende honden
Slide 14 - Slide
Zo kort mogelijk opschrijven
vb.
De weg werd verbreed --> de verbrede weg
De muren worden gewit --> de gewitte muren
Slide 15 - Slide
De kat (krabben) aan de (bekleden) trap.
A
krabte, bekleden
B
krabden, bekleden
C
krabde, beklede
D
krabde, bekleedde
Slide 16 - Quiz
De (vergroten) foto's hangen aan de muur
A
vergrote
B
vergroten
C
vergrootten
D
vergrootte
Slide 17 - Quiz
De veehouder (melden, t.t.)
een (toenemen)
tekort aan opslagruimte voor mest
A
meld, toegenomen
B
meldt, toegenomen
C
meldt, toegenome
D
meld, toegenome
Slide 18 - Quiz
De (verkleden)
tegenstanders gaan
(teleurstellen)
naar huis.
A
verkleedden, teleurgesteld
B
verkleedden, teleurgestelt
C
verklede, teleurgesteld
D
verklede, teleurgestelt
Slide 19 - Quiz
More lessons like this
Werkwoordspelling H4
March 2021
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Spelling Talent 4.9 en 5.9
May 2024
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Spelling deel 2 2vwo
May 2024
- Lesson with
25 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Herhalen werkwoordspelling
August 2024
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Via Vervolg 1F Deel B thema 6 H2 Spelling & grammatica
June 2024
- Lesson with
20 slides
Spelling - blok 1 & 2 - les 1.8, 1.9, 2.7, 2.8 en 2.10
March 2023
- Lesson with
33 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Via Vervolg 1F Deel B thema 6 H2 Spelling & grammatica
June 2024
- Lesson with
32 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
October 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3