Les 1 herhaling stof van leerjaar 2

Les 1 herhaling stof 
van leerjaar 2
1 / 16
next
Slide 1: Slide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Les 1 herhaling stof 
van leerjaar 2

Slide 1 - Slide

Wat weten jullie nog van vorig schooljaar en van de opdrachten?

Slide 2 - Open question

Groenten
Tekst
Vis
Rauw vlees
Gebraden vlees
Brood, cake, kaas
 1
Rauw gevogelte
Groene snijplank
Blauwe snijplank
Rode snijplank
Bruine snijplank
Gele snijplank
Witte snijplank

Slide 3 - Drag question

Hoe wordt lichamelijke gezondheid ook wel genoemd?
A
Mentale gezondheid
B
Psychische gezondheid
C
Fysieke gezondheid
D
Sociale gezondheid

Slide 4 - Quiz

Wanneer ben je lichamelijk gezond?
A
Als je veel vrienden hebt
B
Als je zonder moeite een trap op kan lopen
C
Als je blij bent
D
Als je iedere dag Mac Donalds eet

Slide 5 - Quiz

Wat betekent mentale gezondheid?
A
hoe sterk je lichamelijk bent
B
hoe je je voelt
C
hoe fit je bent
D
hoe sportief je bent

Slide 6 - Quiz

wat is de juiste volgorde van afwassen met de hand?
1
2
3
4
5

Slide 7 - Drag question

Hoeveel energie zit er in het voedingsmiddel?
Energie kan worden aangegeven met 
KJ= kilojoule
Kcal= Kilocalorie
1 kilocalorie = 4,2 kilojoules

kilocalorie                 kilojoule 
X 4,2
: 4,2

Slide 8 - Slide

1. kilojoule is gelijk aan?
A
4,2 kilocalorie
B
8,4 kilocalorie
C
0,42 kilocalorie
D
0,82 kilocalorie

Slide 9 - Quiz


Als een vrouw zwanger is zijn er verschillende voedingsadviezen. Wat kan ze beter niet eten?
A
Olijven
B
Rauw vlees
C
Vis
D
Groente/fruit

Slide 10 - Quiz

Een gast is vegetarisch.
Wat betekent dit?
A
De gast wil geen dingen eten die van een dier afkomen. (geen ei, melk, vlees en vis)
B
De gast wil niets eten waar een dier voor is dood gemaakt (vlees en vis)
C
De gast wil alleen groenten eten.
D
De gast mag niets waar gluten in zitten.

Slide 11 - Quiz

Wat is een veganist?
Een veganist is een persoon die:
A
Geen dieren en dierlijke producten eet
B
Een persoon die geen dieren en dierlijke braadvetten eet
C
Een persoon die dierlijke producten niet lekker vindt
D
Geen zuivel en eieren eet

Slide 12 - Quiz

Welk keurmerk geeft aan dat een product biologisch is gemaakt?
A
MSC
B
UTZ
C
EKO
D
Fairtrade

Slide 13 - Quiz

Welk keurmerk zorgt ervoor dat producenten in arme landen eerlijk betaald worden?
A
Biologisch
B
Fairtrade
C
UTZ
D
EKO

Slide 14 - Quiz

Duurzaam eten met de schijf van vijf

Slide 15 - Slide

Duurzaam
Niet duurzaam
Niet duurzaam
Niet duurzaam
Duurzaam
Duurzaam

Slide 16 - Drag question