H4.3 signaalwoorden vervolg

Lezen
timer
2:00
Zoek tijdens het lezen in je leesboek een zin in de directe reden en een zin in de indirecte rede. Schrijf ze op.
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lezen
timer
2:00
Zoek tijdens het lezen in je leesboek een zin in de directe reden en een zin in de indirecte rede. Schrijf ze op.

Slide 1 - Slide

Typ hieronder een zin uit je leesboek in de directe rede en in de indirecte rede

Slide 2 - Open question

Wat gaan we doen?
  • Nakijken huiswerk
  • Uitleg signaalwoorden
  • Aan de slag met opdrachten
  • Online zelftoetsen maken



Doel: je kent 2 nieuwe signaalwoorden






Doel van de les: 

Slide 3 - Slide

Open je boek op blz 43
We gaan het huiswerk nakijken.

Slide 4 - Slide

je krijgt een nieuwsartikel.

Onderstreep zoveel mogelijk signaalwoorden in deze tekst.

Denk aan signaalwoorden voor een:
- opsomming
- reden
- tegenstelling

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Signaalwoord: voorbeeld
Woorden: voorbeeld, bijvoorbeeld, onder andere, zo, zoals.

  • Op school leer je allerlei vakken, bijvoorbeeld rekenen, taal en geschiedenis.
  • In de wereld zijn zeven werelddelen, onder andere Noord-Amerika, Afrika en Antarctica.

Slide 7 - Slide

Signaalwoord: middel-doel
Woorden: door (te), om (te), zodat, daarmee, door middel van, waarmee, met behulp van, op die manier.

  • Dit zijn de gitaren waarmee we muziek maken.
  • Door middel van praten, proberen we de ruzie op te lossen.

  • Maak nu zelf een zin met een signaalwoord voor middel-doel

Slide 8 - Slide

Ik heb de uitleg over signaalwoorden voor een voorbeeld en middel-doel goed begrepen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 9 - Poll

Huiswerk:
opdr 18 t/m 22

Slide 10 - Slide