B&L periode 9 les 4 leertheorieën 9.5 - 9.8 (2022-2023)
B&L leerjaar 3
Vorige week theorie leertheorieën (9.1 - 9.4)
Deze week leertheorieën (9.5 - 9.8)
1 / 23
next
Slide 1: Slide
B&LMBOStudiejaar 3
This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
B&L leerjaar 3
Vorige week theorie leertheorieën (9.1 - 9.4)
Deze week leertheorieën (9.5 - 9.8)
Slide 1 - Slide
Welke 4 instructievormen ken je?
Slide 2 - Open question
Wat was ook alweer het verschil tussen gedragsgecentreerde instructie en doelgecenctreerde?
Slide 3 - Open question
Verwerkingsopdracht
Maken aan het einde van de les
Als voorbereiding op de toets
Slide 4 - Slide
Inhoud
Leerdoelen
Feedback tijdens het motorisch leerproces
Fasen motorisch leerproces
Kwantiteit van de les
Leerdoelen behaald?
Slide 5 - Slide
Leerdoelen
Je hebt kennis over feedback tijdens het motorisch leerproces.
Je hebt kennis van de fasen van het motorisch leerproces.
Slide 6 - Slide
Feedback tijdens het motorisch leerproces
Feedback is één van de belangrijkste middelen om het leereffect te vergroten.
Feedback gericht op:
Feedback vanuit sporter zelf/buiten af
Resultaat
Intrinsiek (auditief, visueel, lichamelijk)
Proces (bewegingsverloop)
Extrinsiek (auditief, visueel, tactiel, mentaal)
Slide 7 - Slide
Feedback tijdens het motorisch leerproces
Intrinsiek > door eigen waarneming.
Extrinsiek > door bronnen buiten het eigen lichaam (lesgever, stopwatch, video o.i.d.)
Slide 8 - Slide
Fasen van het motorisch leerproces
Slide 9 - Slide
Fasen van het motorisch leerproces
Per fase kijk je naar:
Het doel
Betekenis voor SB-deelnemer
Kenmerken van het bewegen
Didactische consequenties
Een voorbeeld
Pagina 272 - 278
Slide 10 - Slide
Kwantiteit van de les
Dosering
Frequentie
Variatie
Aantal oefeningen
Aantal herhalingen
Veranderingen
Intensiteit, arbeid-rustverhouding
Slide 11 - Slide
Dosering
Aantal bewegingsvormen moet overeenstemmen met fase van het motorisch leerproces.
Vermoeidheid beïnvloedt het leereffect negatief.
Massed practice: veel herhalingen en weinig rust.
Distributed practice: korte oefenmomenten afgewisseld met rustmomenten. (heeft meestal beter effect).
A-cyclisch bewegingsverloop kun je volstaan met korte pauzes tussen de oefenmomenten.
Cyclische bewegingen is het beter om wat langere rustperiode in te lassen.
Slide 12 - Slide
Frequentie
Resultaat van veel herhalen is dat bewegingen min of meer geautomatiseerd gaan verlopen.
Optimale aantal herhalingen is afhankelijk van veel factoren:
Aard van de aan te leren beweging.
Niveau waar de beweging beheerst moet worden.
Aard van de deelnemer.
Slide 13 - Slide
Variatie
Hoe lang sta je stil bij een bepaalde bewegingsvorm?
Is vanuit verschillende oogpunten belangrijk.
Enerzijds werkt variëren stimulerend en vergroot het de motivatie;
Anderzijds is het noodzakelijk om tot automatisering en stabilisatie te komen.
Slide 14 - Slide
Het motorisch leerproces verloopt in een aantal fasen. Hoe is hierbij de juiste volgorde?
A
oriëntatie - grofmotorische fase - verfijning - automatisering
B
grofmotorische fase - verfijning - oriëntatie
C
verfijning - grofmotorische fase - automatisering - oriëntatie
D
automatisering - oriëntatie - grofmotorische fase
Slide 15 - Quiz
In welke fase hoort het komen tot beheersing van de globale bewegingsuitvoering?
A
De automatiseringsfase
B
De oriëntatie fase
C
De verfijningsfase
D
De grofmotorische fase
Slide 16 - Quiz
Het stabiliseren of wendbaar maken van de beweging kan grofweg op een drietal manieren. Welke hoort hier NIET bij?
A
Het lichter maken van bewegingen.
B
Het maken van bewegingscombinaties.
C
Bewegingsverzwaringen.
D
Het maken van bewegingsverbindingen.
Slide 17 - Quiz
Het optimale aantal herhaling is afhankelijk van veel factoren. Welke hoort hier NIET bij?
A
Het automatiseren van de beweging.
B
De aard van de deelnemer.
C
Het niveau waarop de beweging beheerst moet worden.
D
De aard van de aan te leren beweging.
Slide 18 - Quiz
Geef voor de oriëntatiefase van het motorisch leerproces het volgende aan: - Wat is het doel? - Wat betekent dit voor de deelnemer? - Hoe kenmerkt het bewegen zich in deze fase? - Wat zijn de didactische consequenties voor deze fase?
Slide 19 - Open question
Geef voor de automatiseringsfase van het motorisch leerproces het volgende aan: - Wat is het doel? - Wat betekent dit voor de deelnemer? - Hoe kenmerkt het bewegen zich in deze fase? - Wat zijn de didactische consequenties voor deze fase?
Slide 20 - Open question
Aan de slag
Verwerkingsopdracht
Opdracht 1 + 2
Studeren leereenheid 9
Volgende week oefentoets!!
Slide 21 - Slide
Leerdoelen behaald?
Je hebt kennis over feedback tijdens het motorisch leerproces.
Je hebt kennis van de fasen van het motorisch leerproces.