Dinsdag 16 november

Wat gaan we doen?
* Terugblik vorige les
* Leerdoelen vandaag
* Luisteren naar informatieve tekst
* Zelfstandig aan de slag
* Evaluatie leerdoel
* Escaperoom
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
* Terugblik vorige les
* Leerdoelen vandaag
* Luisteren naar informatieve tekst
* Zelfstandig aan de slag
* Evaluatie leerdoel
* Escaperoom

Slide 1 - Slide

Wat betekent innerlijk?
A
gedachten en gevoelens mens
B
spannend verhaal
C
persoon in een boek of film
D
eenvoudig plaatje

Slide 2 - Quiz

Chronologisch
A
Door een hevige sneeuwbui was de helft van de weg ingestort.
B
Het is goed dat de Europese landen een verbod op zeehondenbont hebben ingevoerd, omdat de zeehondenjacht in Canada maar blijft doorgaan.
C
Mijn vrije tijd gebruik ik voor leuke dingen. In de eerste plaats sport ik graag. Verder houd ik van televisiekijken. Ook vind ik het heerlijk om een spannend boek te lezen.
D
We begonnen met een handjevol mensen. Daarna meldden zich een aantal vrijwilligers. Nu is ons gebouw al te klein.

Slide 3 - Quiz

Hoe leer je het innerlijk van een persoon kennen?
A
Door te weten waar hij woont
B
Door mee te kijken met zijn gevoelens en gedachten.
C
Door beschrijving van hoe hij eruit ziet.
D
Door goed te kijken wat hij allemaal doet.

Slide 4 - Quiz

Is een dagboek chronologisch?
A
Ja, want het is altijd op tijdsvolgorde
B
Ja, want het is waar gebeurd
C
Nee, want er kunnen dagen overgeslagen zijn
D
Nee, want een dagboek begint altijd bij het eind

Slide 5 - Quiz

Leerdoelen vandaag
Je begrijpt de hoofdpunten.

Je legt relaties tussen delen van het fragment.

Je ordent informatie voor een beter begrip.

Je verwoordt een oordeel over een fragment en licht dit toe.

Je vat een eenvoudig fragment beknopt samen voor jezelf.


Slide 6 - Slide

Relaties delen van een fragment

Net als een geschreven tekst heeft een gesproken tekst ook een opbouw: een inleiding, middenstuk en slot. 


Slide 7 - Slide

Opbouw gesproken tekst
In de inleiding wordt meestal verteld waar het fragment over gaat: het onderwerp wordt geïntroduceerd. Ook kan er een aanleiding worden genoemd voor het maken van het fragment of de opbouw van het fragment worden aangegeven. 
In het middenstuk kunnen bijvoorbeeld voor- en nadelen worden gegeven, oplossingen voor een probleem worden gegeven of argumenten worden gegeven waarom iets juist wel of niet goed is. Natuurlijk kan er ook gewoon informatie worden gegeven. 
In het slot kan een samenvatting en/of een conclusie bevatten.

Slide 8 - Slide

Signaalwoorden + samenvatting
 Hoe orden je de informatie van de verschillende delen?
Door op signaalwoorden te letten. Hoor je één van de signaalwoorden?
Dan kun je ervan uitgaan dat er een verband aan komt. 

Een samenvatting is een korte weergave in je eigen woorden van een tekst. Je schrijft alleen de hoofdzaken op en laat de bijzaken achterwege.
In je samenvatting zorg je ervoor dat het onderwerp en de hoofdgedachte duidelijk naar voren komt. 


Slide 9 - Slide

Zelfstandig aan het werk
Verder werken aan de doelen van Nederlands >
 portal > Blok 3 > Trede 13

Van het kopje kijken en luisteren maken >
- Begrijpen
Klaar? > Verder werken aan het vak Nederlands of werk aan je eigen doelen

Slide 10 - Slide

Wat is een signaalwoord
Wat zijn signaalwoorden?
A
Woorden die verbanden tussen zinnen leggen
B
Woorden die zelfstandig een betekenis hebben
C
Woorden die iets zeggen over het zelfstandignaamwoord
D
Woorden die extra informatie geven

Slide 11 - Quiz

Inleiding
Kern
Slot
Introduceren van het onderwerp
Onderwerp 
+ deelonderwerpen
Samenvatting of conclusie

Slide 12 - Drag question

Welk signaalwoord is een signaalwoord voor reden?
A
omdat
B
zoals
C
en
D
maar

Slide 13 - Quiz

Welk signaalwoord is GEEN signaalwoord voor 'tijd'?
A
eerst
B
ten slotte
C
daarna
D
denk aan

Slide 14 - Quiz

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
opsomming
tegenstelling
samenvatting
echter
maar
ook
samenvattend
daarnaast
kortom

Slide 15 - Drag question

Escape room -
Kun jij ontsnappen bij Nederlands?

Slide 16 - Slide

Groepjes maken 
Maak een groepje van 4 á 5 mensen.....

Ga bij elkaar in een groepje zitten! 

Slide 17 - Slide

De opdracht:
Los de puzzels binnen 40 minuten op.

Fluisteren, je wilt niet dat een ander er met jouw antwoorden
vandoor gaat.

Kladpapier 2 stuks in je envelop.

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video