Lezen 5.2 - 2 kgt

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 2

Lezen 5.2 - 2 kgt

Doe je boek open op blz. 186

Lees tekst 4 (blz. 186) verkennend.

Wat is het tekstdoel van deze tekst?

1. informeren
2. amuseren
3. overtuigen
4. activeren

Lees tekst 4 (blz. 186) verkennend.

Hoe rondt de schrijver de tekst af?

1. hij beantwoordt een vraag uit de inleiding
2. hij trekt een conclusie

Lees tekst 4 (blz. 186) nauwkeurig.

Waarnaar verwijst 'Die' (r. 15)?

Lees tekst 4 (blz. 186) nauwkeurig.

Waarnaar verwijst 'Hiermee' (r. 16)?

Lees tekst 4 (blz. 186) nauwkeurig.

Wat is de kernzin van alinea 3?

1. De sprong ... ruimtepak werkt.
2. Het pak ... kunnen houden.
3. Dit is ... kilometer hoogte.

De volgende vragen gaan over tekst 5 (blz. 187)

Lees tekst 5 (blz. 187) verkennend.

Wie is de schrijver van deze tekst?

In de inleiding kan een schrijver op drie manieren de aandacht van de lezer trekken.

Wat doet de schrijver van tekst 5 NIET?

1. een vraag stellen
2. het onderwerp noemen
3. zijn mening geven

In de inleiding gebruikt de schrijver het woord 'behoorlijk' (r. 1-2).

Welk woord in alinea 2 betekent hetzelfde?

Lees tekst 5 (blz. 187) nauwkeurig.

Wat is de kernzin van alinea 3?

1. Voor mij ... de Zuidpool.
2. Het is ... planeet zit.
3. Misschien is ... op Mars.
4. Eén ding ... prachtige sterrenhemel.

Lees alinea 6 (blz. 187) nauwkeurig.

Welke signaalwoord(en) herken je die een conclusie aangeven?

Lees alinea 6 (blz. 187) nauwkeurig.

Wat is de conclusie van de tekst?

Is de conclusie van tekst 5 een feit of een mening?

1. feit
2. mening