2.6 De opbouw van het laagland (10 dia's formatief terugvragen na behandeling)
Leerdoelen 2.6
Je kunt uitleggen op welke manier de stroomsnelheid invloed heeft op de sedimentatie van materiaal met verschillende korrelgrootte.
Je kunt uitleggen hoe exogene processen bijdragen aan het ontstaan van delta’s.
Je kunt uitleggen welke exogene processen in welke deel van het breedteprofiel van een rivier plaatsvinden (en waarom).
Je kunt uitleggen hoe duinen kunnen ontstaan.
1 / 10
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5
This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Leerdoelen 2.6
Je kunt uitleggen op welke manier de stroomsnelheid invloed heeft op de sedimentatie van materiaal met verschillende korrelgrootte.
Je kunt uitleggen hoe exogene processen bijdragen aan het ontstaan van delta’s.
Je kunt uitleggen welke exogene processen in welke deel van het breedteprofiel van een rivier plaatsvinden (en waarom).
Je kunt uitleggen hoe duinen kunnen ontstaan.
Slide 1 - Slide
Bovenloop
Bovenloop: hoge stroomsnelheid, groot verschil in reliëf (groot verhang), veel erosie (door hoge stroomsnelheid), vervoer van grove sedimenten zoals stenen en keien. Voorkomen van V-dalen (verticale erosie).
Middenloop
Middenloop: minder reliëf, afnemende stroomsnelheid, evenwicht tussen erosie en sedimentatie, grove sedimenten sedimenteren eerst. Nog wel vervoer grof zand, zand en klei. Steeds meer erosie in breedte ipv diepte - ontstaan meanders
Benedenloop
Benedenloop: weinig reliëf, vooral sedimentatie (van fijn materiaal), erosie in de breedte (oevers van de rivier), fijn zand en klei, lage stroomsnelheid. Voorkomen van verlaten meanders (hoefijzermeer). Grootste debiet.
Delta
Doordat rivierwater 'botst' met zeewater daalt de stroomheid tot zo goed als 0. Hierdoor sedimenteert al het materiaal. Wanneer het sediment boven water komt, noemen we dat een delta.
Slide 2 - Slide
1.Reliëf
2. Stroomsnelheid
3. Processen
4. Sediment
Bovenloop
Middenloop
Benedenloop
Veel
Weinig
Overgang hoog naar laag
Laag
Sedimentatie
Fijn zand, klei
Hoog
verticale
erosie
stenen
hoog/laag
Erosie/sedimentatie in evenwicht
Grof zand, grind
Slide 3 - Drag question
In welk deel van een rivier kan een delta ontstaan?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
D
Niet
Slide 4 - Quiz
Wat is het verband tussen de stroomsnelheid en de korrelgrootte van het sediment?
Slide 5 - Open question
De rivier gaat meanderen in de
A
bovenloop
B
benedenloop
C
middenloop
D
monding
Slide 6 - Quiz
Hoe ontstaan deze meanders?
Slide 7 - Slide
Hoefijzermeer
Sedimentatie
Lage stroomsnelheid
Erosie
Buitenbocht
Binnenbocht
Hoge stroomsnelheid
Slide 8 - Drag question
Noteer de letters van deze vier hoefijzervormige meren van jong naar oud.