Stijlfiguren vervolg 17112022

Nederlands - H3d 
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Nederlands - H3d 

Slide 1 - Slide

Lezen 

Slide 2 - Slide

Lesprogramma
1. Lezen
2. Theorie stijlfiguren

Slide 3 - Slide

Soorten stijlfiguren (1)


Herhaling:
Plus geeft meer, veel meer
Tegenstelling:
Hoge kwaliteit, lage prijzen
Opsomming (3 soorten):
Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder

Slide 4 - Slide

Soorten stijlfiguren (2)


Hyperbool:
Ik heb me dood gelachen
Understatement:
Lieke Martens kan een aardig balletje trappen
Eufemisme:
Hij is te vroeg heen gegaan

Slide 5 - Slide

BEELDSPRAAK
Bij BEELDSPRAAK is er een overeenkomst tussen BEELD en OBJECT.

Vergelijking:
Die auto rijdt echt zo traag als een slak.
Metafoor:
Dat is een boom van een kerel.
Metoniem: (uitleg verschillende verbanden: zie volgende slide)
Frankrijk heeft goud gewonnen op het laatste WK.

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Link

Mijn smaakpapillen zijn de weg kwijt.

"zijn de weg kwijt' =
A
metoniem
B
metafoor

Slide 8 - Quiz

'Die Rembrandt vind ik mooier dan die Van Gogh.' Welke vorm van beeldspraak is dit?
A
vergelijking
B
metonymia
C
metafoor
D
personificatie

Slide 9 - Quiz

'Zij is net een nachtegaal.' Welke vorm van beeldspraak is dit?
A
vergelijking
B
metonymia
C
metafoor
D
personificatie

Slide 10 - Quiz

'Geef mij nog eens een glas Bordeaux'. Welke vorm van beeldspraak is dit?
A
vergelijking
B
metafoor
C
personificatie
D
metonymia

Slide 11 - Quiz

Hij is zo sterk als een beer = een metafoor. Juist of onjuist?
A
onjuist
B
juist

Slide 12 - Quiz

Laten we geen wolk van pessimisme over Nederland trekken.
A
vergelijking
B
metafoor
C
personificatie
D
metonymia

Slide 13 - Quiz

Huiswerk nakijken
Check de antwoorden van je buurman/buurvrouw aan de hand van de nakijkbladen
--> opdracht  1 , 2, (3), 4, 5, (6), hoofdstuk 2 (Lezen)

Slide 14 - Slide

Leerhuisgroepjes

Slide 15 - Slide

Aan de slag! (leerhuis)
timer
15:00
H.3 Woordenschat: 
opdracht 1, 2, 3, 4 (p. 56-59) 

Steek je hand op als je een vraag hebt
Klaar? Maak dan opdracht 3 (p. 57-58)

Slide 16 - Slide