Introductieles hofcultuur

Aan het eind van deze les...
Weet je wat het woord ‘Renaissance’ betekent; 

Weet je waar en wanneer de hofcultuur ontstaat; 

Ken je de belangrijkste kernpunten van de Renaissance; 

Kan je vertellen wat de positie van de kunstenaar was in die tijd en wie de opdrachtgevers waren voor de kunstenaar; 

Weet je wat de ‘reformatie’ en ‘contrareformatie’ is en welke invloed het op de kunst heeft gehad; 
1 / 12
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Aan het eind van deze les...
Weet je wat het woord ‘Renaissance’ betekent; 

Weet je waar en wanneer de hofcultuur ontstaat; 

Ken je de belangrijkste kernpunten van de Renaissance; 

Kan je vertellen wat de positie van de kunstenaar was in die tijd en wie de opdrachtgevers waren voor de kunstenaar; 

Weet je wat de ‘reformatie’ en ‘contrareformatie’ is en welke invloed het op de kunst heeft gehad; 

Slide 1 - Slide

Welke twee kunststromingen had je in de HOFCULTUUR?
A
Grieken en Romeinen
B
Renaissance + Barok
C
Middeleeuwen + Renaissance
D
Classicisme + Romantiek

Slide 2 - Quiz

Renaissance

Slide 3 - Mind map

Barok

Slide 4 - Mind map

Verklaar waarom de Renaissance in Italië ontstaat.

Slide 5 - Open question

Middeleeuwen
Renaissance
Kunstenaar is een anonieme ambachtsman
Kunstenaar is een veelzijdig intellectueel
Kunstenaar hoefde niet origineel te zijn.
Kunstenaar doet onderzoek naar perspectief en anatomie.
Bijbelse boodschap is belangrijker dan vormgeving.
Opdrachtgevers: kerk, godsdienstige broederschappen en gilden.
Opdrachtgevers: wereldlijke en geestelijke hoven.
Klassieke oudheid is belangrijke bron van inspiratie.

Slide 6 - Drag question

Slide 7 - Slide

Je zag schetsen van Da Vinci waarin hij het menselijk lichaam bestudeert.
Welk begrip gebruik je om aan te geven dat een kunstenaar onderzoek doet naar de botten, organen, spieren van het menselijk lichaam?

Slide 8 - Open question

Familie de Medici steunde de grootste kunstenaars en denkers uit hun tijd, zoals Da Vinci, Michelangelo, Botticelli en Galilei. Hoe noem je een persoon zoals Cosimo de Medici die kunstenaars in dienst neemt en opdrachten geeft?

Slide 9 - Open question

Reformatie
Contrareformatie
Luther & Calvijn
Hervormings- beweging
Soberheid
Tegen aflaathandel, heiligenverering, uiterlijk vertoon
gevolg: beeldenstorm
Barok ontstaat
(Niet-)gelovigen overdonderen door pracht en praal
Veel goud, veel beelden
Dramatiek en dynamiek in beelden en plafondschilderingen
Ontstaan protestantisme

Slide 10 - Drag question

Rigaud maakte verschillende staatsieportretten van Lodewijk XIVe. Op dit staatsieportret wordt hij als een groot vorst met veel aanzien geportretteerd.
Noem vier aspecten in dit portret waardoor de status van Lodewijk XIVe wordt benadrukt.

Slide 11 - Open question

Wat waren de belangrijkste begrippen/namen in deze les?

Slide 12 - Open question