What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woordleer 4ASO (les 2.11 Frappant)
1 / 42
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Secundair onderwijs
This lesson contains
42 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
120 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Welke woordsoorten ken je nog?
Slide 2 - Mind map
Slide 3 - Slide
De-woorden zijn mannelijk, het-woorden vrouwelijk en onzijdige woorden hebben geen lidwoord.
Helemaal juist!
Maar neen, wat zeg jij nu!?
Slide 4 - Poll
Het schijnt dat de grote man een tas en een GSM gestolen heeft in de buurt van het park.
A
4 lidwoorden
B
5 lidwoorden
C
6 lidwoorden
D
7 lidwoorden
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
De klas ZAL flink studeren voor haar proefwerk Nederlands.
A
koppelwerkwoord
B
hulpwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 10 - Quiz
San was graag leerkracht GEWORDEN.
A
koppelwerkwoord
B
hulpwerkwoord
C
zelfstandig werkwoord
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Welke soorten voornaamwoorden
ken je?
Slide 15 - Mind map
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Zijn hond is écht SCHATTIG
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Bijwoord
Slide 24 - Quiz
Op deze ZONNIGE dag moet ik gelukkig niet gaan werken.
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Bijwoord
Slide 25 - Quiz
Zijn hond is ECHT schattig
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Bijwoord
Slide 26 - Quiz
Ik denk dat de leerkracht vorige week heel boos was op onze klas.
A
1 bn, 1bw
B
2bn, 2bw
C
2bn, 1bw
D
1bn, 2bw
Slide 27 - Quiz
Mijn blij verraste vriend lachte luid.
A
1 bn, 1bw
B
2bn, 2bw
C
2bn, 1bw
D
1bn, 2bw
Slide 28 - Quiz
Welke werkwoorden kunnen koppelwerkwoorden zijn?
Slide 29 - Open question
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Luister niet naar hem
A
Persoonlijk vnw
B
Bezittelijk vnw
C
Aanwijzend vnw
D
Vragend vwn
Slide 32 - Quiz
Ik stuur m'n mannen naar Rome.
A
Persoonlijk vnw
B
Bezittelijk vnw
C
Aanwijzend vnw
D
Vragend vwn
Slide 33 - Quiz
Laat me, Asterix
A
Persoonlijk vnw
B
Bezittelijk vnw
C
Aanwijzend vnw
D
Vragend vwn
Slide 34 - Quiz
Hij wist niet dat het boek verdwenen was.
A
het = bepaald lidwoord
B
het = onbepaald lidwoord
C
onbepaald voornaamwoord
D
persoonlijk voornaamwoord
Slide 35 - Quiz
Slide 36 - Slide
Slide 37 - Slide
"Dat is alles WAT ik weet", zei hij.
A
vragend voornaamwoord
B
betrekkelijk voornaamwoord
Slide 38 - Quiz
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Persoonlijk
voornaamwoord
Onbepaald voornaamwoord
Bepaald lidwoord
Het
heeft die dag geregend.
Dit krot is onbewoonbaar,
het
moet worden gesloopt.
De leraar vertelde
het
spannende verhaal aan de klas.
Slide 41 - Drag question
Oefeningen werkboek
Pagina 100-102
Slide 42 - Slide
More lessons like this
Spelling en grammatica - LIDWOORDEN
September 2022
- Lesson with
40 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Lidwoorden
September 2023
- Lesson with
38 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Ontdek de wereld van verkleinwoorden!
April 2024
- Lesson with
13 slides
woordleer - herhaling
December 2019
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
vierde leerjaar november
October 2022
- Lesson with
39 slides
T4L2: Bijvoeglijke naamwoorden
February 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Lager onderwijs
2OK_Zelftoets thema 7 en 8
September 2024
- Lesson with
35 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
T4 Spelling Herhaling
February 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Lager onderwijs