2.f woordenschat

2.f woordenschat
1 / 7
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 7 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

2.f woordenschat

Slide 1 - Slide

Programma


-Controleren + nakijken huiswerk


10 min
-Bespreken schrijfopdracht
10 min
-Woordenschat
10 min
-Oefenen


30 min


Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?


  • Ik weet hoe ik de betekenis van woorden kan achterhalen.
  • Ik kan een gegeven betekenis aan een woord koppelen.
  • Ik kan zelf de betekenis van een woord bedenken of uit een zin afleiden.
  • Ik kan zelf nieuwe zinnen maken waaruit de betekenis van woorden blijkt.

Slide 3 - Slide

Schrijfopdracht

Lees je verhaal voor. 
De luisteraars geven tips en tops. 

Slide 4 - Slide

Woordenschat

afhankelijk zijn van - belichamen - bewonderenswaardig - depressief - intens - de legende - de medemens - roemrijk - stereotype - vergaren - allerhande - blikveld - commissie - dateren uit - lancering - ontlezing - perspectief - schaduwkant - tijd uittrekken voor - verruimen - aanklacht - getuige - grondlegger - omstreden - ongezouten - sokkel - vaderlands - verguisd - wandaad - weerleggen - autoritair - drijfveer - meegaand - meester zijn in - netwerk - personage - relatie - tegenkracht - troonopvolging - villa. 

Slide 5 - Slide

Oefeningen
Wie?
Zelfstandig.
Wat?
Hoofdstuk 2 paragraaf f, opdracht 1-4.
Hoe?
Oefenboek blz 40.
Hulp?
Docent.
Tijd?
Tot 11:10.
Uitkomst?
Je beheerst de leerdoelen.
Klaar?
Zie studiewijzer volgende les/week. 

Slide 6 - Slide

Welke leerdoelen beheers je nu?
Deze leerdoelen beheers ik nu al
Deze leerdoelen beheers ik nog niet. Dus ga ik hier nog mee verder oefenen/lezen. Anders vraag ik hulp aan de docent.
Ik weet hoe ik de betekenis van woorden kan achterhalen.
Ik kan een gegeven betekenis aan een woord koppelen.

Ik kan zelf nieuwe zinnen maken waaruit de betekenis van woorden blijkt.
Ik kan zelf de betekenis van een woord bedenken of uit een zin afleiden.

Slide 7 - Drag question