TH1c 9 januari 2024

§3 Tekstdoelen: activeren
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

§3 Tekstdoelen: activeren

Slide 1 - Slide

Programma
  • Lezen
  • afspraken met elkaar maken
  • introductie project flyer
  • aan de slag met paragraaf 3, tekstdoelen: activeren

Slide 2 - Slide

Paragraaf 3 tekstdoelen: activeren
Even ophalen:
  • Tekstdoel: wat is het belangrijkste wat de schrijver met de tekst wil bereiken.

  • Tekstsoort: met welke heb je te maken? Is het een krantenbericht of een gebruiksaanwijzing?

Slide 3 - Slide

zoek blz. 114 op
Lees opdracht 1 nauwkeurig en beantwoord de vragen. 
De antwoorden bespreken we zo met elkaar
(mag je in je boek beantwoorden)

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

tekstdoelen en tekstsoorten
I
tekstdoel
de schrijver wil
tekstsoorten
informeren
de lezer informatie geven
nieuwsbericht, handleiding
amuseren
de lezer vermaken
roman, toneelsstuk
activeren
dat de lezer iets gaat doen
advertentie, poster, oproep
overtuigen
dat de lezer het met hem eens is
ingezonden brief, klachtenbrief, filmbespreking
instrueren
dat de lezer leert hoe hij iets moet doen
gebruiksaanwijzing, spelregels

Slide 6 - Slide

Wat is het doel de schrijver?

Slide 7 - Slide

Wat is het tekstdoel?

Slide 8 - Slide

Wil de schrijver hier informeren,
overtuigen, activeren of amuseren?

Slide 9 - Slide

De schrijver wil de lezer hier....

Slide 10 - Slide



In een overtuigende tekst wil je iemand ........
Met een overtuigende tekst wil de schrijver......?
A
Jouw mening duidelijk maken
B
Iemand overhalen om iets te doen
C
Iemand uitnodigen
D
Iemand informeren

Slide 11 - Quiz

Met een activerende tekst wil de schrijver...?
A
de lezer informatie geven
B
de lezer vermaken
C
dat de lezer het met hem eens is
D
dat de lezer iets gaat doen

Slide 12 - Quiz

Wat is het belangrijkste tekstdoel van een reclamefolder van de supermarkt?
A
informeren
B
activeren
C
overtuigen
D
amuseren

Slide 13 - Quiz

Huiswerk
Maak opdracht 2 t/m 6 (p.114 t/m117)

Slide 14 - Slide

aan de slag....
We lezen samen tekst 1, daarna maak je zelfstandig
opdracht 2 en 3.
Je zet je antwoorden in je schrift. 

Klaar? Ga even lezen!

Slide 15 - Slide

Samen kijken we opdracht 2 en 3 na.

We lezen samen tekst 3.
Daarna maak je opdracht 4 en 5 = huiswerk 9 januari




Slide 16 - Slide