M2 P3 Grammatica week 11-2 les 11 herhaling bijwoordelijke bepaling

Welkom klas

Ga op je vaste plek zitten. 
Pak je leesboek. 
Laat de iPad in de tas. 
Geen tas op tafel.
Geen jas of kauwgom in het lokaal. 
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom klas

Ga op je vaste plek zitten. 
Pak je leesboek. 
Laat de iPad in de tas. 
Geen tas op tafel.
Geen jas of kauwgom in het lokaal. 

Slide 1 - Slide

Vandaag
Lezen
Herhaling: bijwoordelijke bepaling
Zelfstandig werken: oefenbladen Teams


Slide 2 - Slide

Te behandelen grammatica Kern P3
H5 Taalkundig ontleden (ZN LW BVN VZ VNW (pers, bez, aanw) WW): afgerond
H6 Bijwoord en telwoord TO: afgerond
H19 Redekundig ontleden PV OW WG LV MV BWB: afgerond
H33 Werkwoorden herkennen
H34 Naamwoordelijk gezegde RO
H47 Voorzetselvoorwerp RO: mee bezig
H61 Samengestelde zinnen
H62 Voegwoorden
H75 Bijvoeglijke bepaling RO


Slide 3 - Slide

Toetsen P3
Grammatica: 3 of 5 april (staat in SOM)

Leesvaardigheid: 15 of 17 mei (noteer in je agenda)


Slide 4 - Slide

Lezen
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Lesdoelen
Na deze les:

weet je hoe je de bijwoordelijke bepaling vindt in een zin.

Slide 6 - Slide

Herhaling vorige les
Bijwoordelijke bepaling

Vertel....

Slide 7 - Slide

Bijwoordelijke bepaling BWB
Saskia sloeg alarm.
 
Dit is een kale zin. Waarom sloeg ze alarm, wanneer sloeg ze alarm, hoe sloeg ze alarm, waar sloeg ze alarm, met wie?
 


Slide 8 - Slide

Bijwoordelijke bepaling BWB
Saskia sloeg alarm.
 
 Met bijwoordelijke bepalingen krijg je antwoord op zulke vragen. Ze noemen tijd, plaats en omstandigheden. Er kunnen meerdere in een zin staan.

Om half tien sloeg Saskia alarm. WANNEER?
In Istanbul sloeg Saskia alarm. WAAR?
Vanwege de diefstal van haar paspoort sloeg Saskia alarm. WAAROM?
• Door hard te gaan gillen sloeg Saskia alarm. HOE?
  • Met Ingrid sloeg Saskia alarm. MET WIE?

Slide 9 - Slide

Bijwoordelijke bepaling
Een bijwoordelijke bepaling noemt GEEN eigenschap van een mens, dier of ding!
Dan is het een bijvoeglijke bepaling.

Ook losse woorden kunnen een BWB zijn, zoals:
Ook, zeker, toch, waarschijnlijk, blijkbaar, niet, misschien, absoluut, gelukkig, inderdaad, helaas, immers, hoe, waarom, waarheen.

• Wim rookt niet/kennelijk.
Waarschijnlijk is de accu leeg.

Slide 10 - Slide

Huiswerk nakijken

H19 opdr. 9 t/m 11

Slide 11 - Slide

Aan de slag

Oefenbladen Teams maken

Huiswerk voor de volgende keer: oefenblad H5 en H19 maken. 

Hoe: je mag met je buur overleggen, maar doe dit zachtjes. 

Slide 12 - Slide

Volgende les


H47 voorzetselvoorwerp

Slide 13 - Slide

Zijn voor jou de lesdoelen behaald

Ik kan in een zin het volgende zinsdeel benoemen:
- bijwoordelijke bepaling

Slide 14 - Slide


Fijne dag en tot de volgende les.
tot de volgende keer!

Slide 15 - Slide