Hoofdstuk 3 en 4

Leesvaardigheid
         
1. Jas over de stoel.
2. Zet alvast de computer aan.
3. Open de digitale methode (via Leermiddelen in Teams)

Nederlands
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Leesvaardigheid
         
1. Jas over de stoel.
2. Zet alvast de computer aan.
3. Open de digitale methode (via Leermiddelen in Teams)

Nederlands

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?

1. Leerdoelen 
2. Herhalen - H1 en H2
3. Oefenen: H1 en/of H2 - online opdrachten
4. Afronden en opruimen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen H1 en H2
  • Je kunt de inleiding, het middenstuk en het slot in een tekst herkennen.
  • Je kunt veelvoorkomende verbanden en  signaalwoorden herkennen en benoemen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Inleiding
Het onderwerp wordt geïntroduceerd.

Bijvoorbeeld:
  • De aanleiding noemen
  • Een belangrijke vraag stellen
  • Een mening/standpunt noemen...
Leer deze voor het SE!

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Middenstuk
Hierin wordt informatie over het onderwerpen in deelonderwerpen gegeven.

Onderwerp: vliegtuigen
Deelonderwerpen: geschiedenis vliegtuig, werking vliegtuigen, soorten vliegtuigen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slot
• de hoofdgedachte van de tekst genoemd
• een advies gegeven
• een conclusie getrokken
• een korte samenvatting van de tekst gegeven
• een toekomstverwachting genoemd: iets wat waarschijnlijk nog gaat gebeuren
• een vraag uit de inleiding beantwoord
• nieuwe informatie of een nieuw argument ingebracht.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Verbanden
Leer deze voor het SE!

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verbanden

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Tekstverband:
tegenstellend
Tekstverband:
opsommend
Voorbeeld

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

het signaalwoord is zodat en hoort bij een toelichtend verband
het signaalwoord is eerst en hoort bij een chronologisch verband (let op: er komen in de tekst dus nog meer signaalwoorden die bij dit tekstverband horen!)
het signaalwoord is daarna en hoort bij een chronologisch verband       (let op: er kunnen in de tekst nog meer signaalwoorden komen die bij dit tekstverband horen!)
het signaalwoord is vervolgens en hoort bij een opsomend verband
Het signaalwoord is maar, hoort bij een tegenstellend verband
Het signaalwoord is dus, hoort bij een concluderend verband (deze hoef je nog niet te weten!)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Aan het werk!        
Hoofdstuk 1: opdracht 9
Hoofdstuk 2: opdracht 9

Hoofdgedachte: het belangrijkste van de tekst samengevat in één zin.
timer
20:00
Als je klaar bent, kijk je de antwoorden na en maak je de woordzoeker met daarin de signaalwoorden.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Afsluiten
Ruim je spullen op. 

Tot de volgende keer!

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Leesvaardigheid
         
1. Jas over de stoel.
2. Zet alvast de computer aan.
3. Ga aan de grote tafel zitten.
Nederlands

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen H3
  • Je weet wat feiten en meningen zijn.
  • Je weet wat argumenten zijn.
  • Je kunt feiten en meningen herkennen en argumenten bij meningen benoemen.

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?

1. Leerdoelen 
2. Uitleg - Hoofdstuk 3 (feiten en meningen)
3. Oefenen: opdrachten - 1 & 2
4. Afronden en opruimen

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

H3: feiten en meningen
argument
mening
argument

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Feiten
De informatie kun je controleren. 

Onderwerp: vliegtuigen
Een voorbeeld van een vliegtuigmaatschappij is KLM.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Meningen
Dit vindt iemand. Je kunt het ermee oneens zijn.

Onderwerp: vliegtuigen
KLM is de beste vliegtuigmaatschappij.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Meningen
Je onderbouwt je mening met argumenten.

Onderwerp: vliegtuigen
KLM is de beste vliegtuigmaatschappij.

Argument: je hebt veel beenruimte, het eten is prima.....

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Actueel...
Er worden veel teksten met meningen geschreven, bijvoorbeeld:

  • Een eigen mening
  • Een mening van een deskundige

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Actueel...
Meningen + commentaar
bij het nieuws.

Slide 21 - Slide

https://www.kijk.nl/programmas/nieuws-van-de-dag/VitGwhjaNBfZPT
Aan het werk!        
Maak de opdrachten van Lezen.

--> opdracht 1 en 2 af! Als je klaar bent, kun je verder werken.

Hoofdgedachte: het belangrijkste van de tekst samengevat in één zin.
timer
15:00
Als je klaar bent, kijk je de antwoorden na en maak je de woordzoeker met daarin de signaalwoorden.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Afsluiten
Ruim je spullen op. 

Tot de volgende keer!

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Leesvaardigheid
         
1. Jas over de stoel.
2. Pak je leerwerkboek en een pen.
Daarna kunnen we beginnen :)
Nederlands

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?

1. Leerdoelen 
2. Herhaling - Hoofdstuk 3 (feiten en meningen)
3. Oefenen - leerwerkboek 
     Klaar: extra opdracht op de laptop/woordzoeker
4. Afronden en opruimen

Slide 25 - Slide

This item has no instructions