“Juichen als het loof gaat buigen”. Dat betekent dat je uien bijna klaar zijn om te oogsten.
Meestal vindt de oogst in augustus of september plaats. Als je geen oppas hebt, is het hopen dat er af en toe een regenbui valt!
We geven je alvast de tips voor het rooien van de uien. Rooien betekent uien uit de grond halen. Dat kan met de hand, door aan het loof te trekken, of met een schep of riek.
• Rooi de uien als het loof ongeveer 60% is afgestorven.
• Rooi de uien alleen als deze winddroog zijn.
• Rooi de uien voldoende diep. Dan beschadig je de uien niet.
Drogen
• Laat de uien niet meer dan 2 of 3 dagen op de grond liggen na het rooien.
• Hoe sneller de hals van de ui droogt, hoe kleiner de kans dat schimmels en bacteriën de ui in groeien. De hals is het stuk dat aan de ui zit. Die moet dan wel lang genoeg zijn. Je kunt wat uien bij elkaar binden en op een droge plek leggen of hangen. Als ze in de wind hangen, drogen ze sneller. Zijn ze goed droog? Dan kan je gaan bewaren.
Bewaren
En dan is het wachten….
Verdorde bladeren knip je af. De uien bewaar je koud, donker en op een plek waar het niet kan vriezen. Zo kun je ze bewaren tot het lente wordt. Maar vaak zijn ze wel eerder op.