T2A Grammar: Past Continuous and past simple, modal verbs.

1 / 26
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Rules in the classroom
- Als ik praat luisteren jullie. (dus niet door mij heen).
- Luisteren naar elkaar (vriendelijk en respectvol zijn).
- Bij vragen vinger opsteken (na mijn uitleg/tijdens opdrachten maken).
- Van elkaars spullen afblijven (ook niet  mee gooien).
- Meedoen met de les zonder andere te storen.
- Mobieltjes in de telefoontas! volgend uur ophalen.

Slide 2 - Slide

Doel ...
- Ik herken de verleden tijd en kan onderscheid maken tussen past simple en continues.
- Ik weet hoe en wanneer ik de past continuous en de past simple het moet toepassen.
- Ik weet wanneer ik modal verbs moet toepassen en wat ze aangeven.

Slide 3 - Slide

Today´s lesson.
1. Watch a video clip with examples.
2. Brief recap about grammar: past simple, continues and modal verbs.
3. Practise exercises
4. Evaluatie + homework

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Past Continuous
De Past Continuous ('ing- vorm') gebruik je:
- als de handeling in de verleden tijd aan de gang was en op een bepaald moment door een andere handeling werd onderbroken;
Voorbeeld: I was screaming while we hit a roadsign

- als twee handelingen tegelijk aan de gang zijn. 
Je maakt deze door was/were + ww+ ing
Voorbeeld: While I was watching TV, I was also preparing my lunch. 

Slide 6 - Slide

Past continuous
Hoe maak je die?
She was walking to school, when her phone rang.
I was drinking some tea, when my husband was working.
What were you thinking of?

Dus de regel is: .................................


Slide 7 - Slide

Past Continuous
was
                                   of        +  ww   +  ing
were

He was cleaning the house.

Slide 8 - Slide

Bij welke personen gebruik je 'was' en bij welke personen gebruik je 'were'?

Slide 9 - Open question

Wanneer gebruik je de past simple (verleden tijd)?

Slide 10 - Open question

Past Continous en Past Simple




Past Continuous = al aan de gang ( lang)
Past Simple = iets gebeurde (kort)

Slide 11 - Slide

Past continuous vs Past simple
    We were baking pie, while Jim arrived.  
     She was panicking, when she heard the bad news.
I was travelling to Africa, when Julie tried to call me.

Slide 12 - Slide

Modal verbs (hulpwerkwoorden)
Veranderen niet van vorm. Hele werkwoord komt er achter.
    Can: vragen of je/iemand iets kan doen
    Could: beleefd willen vragen, ook verleden tijd.
    Should: advies, geen verplichting
    Must: spreker verplicht zichzelf, advies: geen verplichting
    Have to: verplichting/overheid of van een ander.

Slide 13 - Slide

Exception (uitzondering).
 Enige uitzondering is de modal verb........ have to.

Bij he/she/it verandert dit werkwoord in....... has to.

Slide 14 - Slide

Must, should and have to.
1.  You  should speak to your brother and try to solve the problem. ( advies)
2. I  must  finish this assignment (opdracht) today. ( vind je zelf)
3. In international flights you have to check in one hour before departure. ( regels / verplichting)
4. You should visit Paris. What a beautiful city. ( advies)
5. In the petrol station we have to switch off the engine before filling the tank. ( regels)
6. I have to  speak English well.  I need it in my job. ( verplichting/ noodzaak)

Slide 15 - Slide

We ______
(watch) TV when we ______
(hear) a loud noise.
A
were watching - heared
B
was watching - heared
C
were watching - heard
D
was watching - heard

Slide 16 - Quiz

Last year I _____
(visit) Paris and Rome.
A
was visiting
B
visited
C
were visiting
D
visitted

Slide 17 - Quiz

He ____
(work) in the garden when he _____
(find) the money.
A
were working - finded
B
worked - was finding
C
was finding - works
D
was working - found

Slide 18 - Quiz

Past simple or Past continuous?

I was having a shower.
A
Past simple
B
Past continuous

Slide 19 - Quiz

Was Andrew playing computer games?
A
Past Continuous
B
Simple Past

Slide 20 - Quiz

We sang that song yesterday.
A
Past Simple
B
Past continuous

Slide 21 - Quiz

Dus......wanneer gebruik je de past continuous

Slide 22 - Open question

Dus....hoe maak je de past continuous?

Slide 23 - Open question

Ik weet het verschil tussen de past simple en past continuous, ook modal verbs en kan deze vorm maken en toepassen.
A
ja
B
nee
C
een beetje
D
helemaal niet

Slide 24 - Quiz

Slide 25 - Link

Homework.
- Check my email and magister what to learn before the test tomorrow.
Good luck everyone :)

Slide 26 - Slide