FRT - 1 op 1 - Prestatiedruk
Doelen stellen
1 / 26
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-3
This lesson contains 26 slides, with text slides.
Lesson duration is: 45 minItems in this lesson
Doelen stellen
Slide 1 - Slide
Vandaag
- terugblik - faalangst/paniek
- Prestatiedruk
- Doelen stellen
- Positieve gedachten
- metafoor
Slide 2 - Slide
Angst/Paniek
1. werkelijke angst
2. onwerkelijke angst (= angst voor herhaling)
--------------------------------------------------------------------
FAALANGST IS ANGST VOOR HERHALING
Slide 3 - Slide
Aandacht
Je voelt paniek opkomen in je lichaam. Je wilt je er tegen verzetten. Neeee
Wat je aandacht geeft gaat groeien!
Verplaats je aandacht.
Slide 4 - Slide
WAT GEBEURT ER BIJ FAALANGST?
Adrenaline vechten
vluchten bevriezen
Noradrenaline
Lichaam aan - hersenen uit - denken uit
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Bevriezen
Soms ben je zo in paniek dat je niet meer vecht of vlucht, maar bevriest. Je krijgt dan een:
BLACK OUT
Slide 7 - Slide
stap 1
Anders gaan denken
stap 2
goed ademhalen > ontspannen
voorkomt stress
heel belangrijk
Wees lief voor jezelf
fouten maken mag
Slide 8 - Slide
Ontspannen is belangrijk!
- Soms hebben je hersenen rust nodig
- Cortisol en adrenaline: stress stofjes
- Stress houdt je gefocust
- Teveel stress = geen rust meer voor je hoofd!
- Ontspannen = je hersenen laten herstellen
Slide 9 - Slide
Prestatiedruk
Schrijf een belangrijk doel op voor:
- een komende wiskunde toets
- voor dit schooljaar.
Slide 10 - Slide
Prestatiedruk
Je wilt het graag goed doen en doet heel erg je best.
Je moet van jezelf.
Je moet van jezelf.
Een beetje prestatiedruk is goed, maar te veel zorgt voor stress waardoor je lichaam in paniek schiet.
Is het doel dat je stelt realistisch/haalbaar?
Slide 11 - Slide
Nieuwe doelen stellen
Slide 12 - Slide
Een doel moet haalbaar zijn
Stel je doel niet te hoog.
Ik zal nooit meer een onvoldoende halen!
Is dit een haalbaar doel?
Hoe omschrijf je dit beter?
Slide 13 - Slide
Als het tegenzit???
Hoe moedig je jezelf aan als het tegenzit? Bedenk wat je op zo’n moment tegen jezelf zegt.
Voorbeeld: Morgen weer een dag!
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Grote doel dit jaar: ?
kleine doel : ?
nog kleiner doel: ?
ZET EEN DOEL VOOR volgende week:
IK WIL……….Niet "ik moet!"
Slide 16 - Slide
Vragen
Wiskunde / Natuurkunde
Hoeveel procent van dit vak snap je werkelijk als je rustig bent en normaal kunt nadenken?
- Schrijf op"
Ik ben voor ........................ een ..............waard
Herhaal deze gedachte!!!
Slide 17 - Slide
ALS JE WILT KUN JE
Het levert je veel op minder stress.
-Dus :
van moeten naar willen……..dat levert je positieve gedachten op, minder stress en betere prestatie.
Schrijf 2 positieve gedachten op.
Slide 18 - Slide
Positieve gedachte?
Er zijn twee vragen om te controleren:
- Is de gedachte die ik heb helemaal waar?
- Helpt deze gedachte mij om beter te presteren?
Slide 19 - Slide
Om mee af te sluiten
Slide 20 - Slide
Verwachtingen
Slide 21 - Slide
4g methode
Gebeurtenis + Gedachte
=
Gevoel + Gedrag
Slide 22 - Slide
Hoe denk je?
Je manier van denken heeft invloed op je prestaties.
Als je negatief denkt is de kans groot dat het inderdaad niet goed gaat.
Je gaat geloven in je eigen negatieve gedachten.
Slide 23 - Slide
Het G denken
Een methode om je manier van denken te veranderen.
OMDENKEN
OMDENKEN
Hierdoor ga je minder last hebben van de angst om te falen.
Slide 24 - Slide
controle en overzicht
Controle en overzicht over je studie betekent dat je weet wat je moet doen en wanneer.
En heel belangrijk je kunt voor ontspan momentjes zorgen
En heel belangrijk je kunt voor ontspan momentjes zorgen
