Bij sommige klankvaste werkwoorden hoor je hoe je ze moet spellen in de verleden tijd.
Hoor je dit niet, dan maak je gebruik van 't kofschip x.
1. Je neemt de stam van het werkwoord.
2. Kijk naar de laatste letter van de stam.
3. Is het een medeklinker uit 't kofschip x? Dan +te(n).