Lezen/Schrijven 6 - les 2

Welkom!
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Welkom!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
  • Terugblik
  • Lezen/Schrijven 6

Slide 2 - Slide

Lezen/Schrijven 6
Dit moet je kunnen:
  • een tekst samenvatten
  • hoofd- en bijzaken onderscheiden
  • informatie ordenen
  • bronnen op betrouwbaarheid beoordelen
  • schrijfplan maken
  • tekst schrijven en verbeteren a.d.h.v. verkregen feedback
individuele schrijfopdracht:  
havo: flyer
vwo: artikel schrijven

Slide 3 - Slide

Karo - één punt nul
Een van de redenen waarom je op de middelbare school fictie leest, is dat verzonnen verhalen je een andere kijk op de wereld kunnen geven. In Karo-één punt nul schetst Lydia Rood een toekomst waarin de technologische ontwikkelingen een enorme impact hebben op mens en maatschappij. 

-Welke verschillende technologische ontwikkelingen spelen een rol in dit          verhaal?
-Schetst Lydia Rood een realistisch toekomstbeeld? Leg je antwoord uit.

Slide 4 - Slide

Opdracht
  • Lees het verhaal Karo - één punt nul  (les 1, opdracht 2).
  • Maak een zo kort mogelijke samenvatting.
  • Geef in ieder geval antwoord op de vragen:
       -Wie?
       -Wat?
       -Waar?
       -Wanneer?

Slide 5 - Slide

Eindopdracht
Havo:  Flyer maken
Vwo:    Artikel schrijven (NIET: teaser)


Nu:     Havo voorste het lokaal   /   Vwo achterste lokaal met mevr. Hekman
Vwo:  -oortjes nodig
             -lees de eindopdracht en bekijk de filmpjes (les 2)

Slide 6 - Slide

De opdracht
Kies een onderwerp, actie of activiteit die op dit moment actueel is op school of in je woonplaats. Denk aan een evenement, een actie voor een goed doel, een maatregel die getroffen is in de buurt, zoals het invoeren van een 30 kilometerzone enzovoort. Weet je niets, dan kun je ook een flyer maken voor een goed doel dat jij wilt steunen. Let erop dat het wel een onderwerp moet zijn waarbij je genoeg artikelen kunt vinden in bijvoorbeeld regionale kranten of op internet.

Slide 7 - Slide

Flyer
Een flyer moet de lezer vooral nieuwsgierig maken, want anders gaat de lezer hem niet eens lezen. De inhoud van moet duidelijk, kort en krachtig zijn. Vaak wil je dat de lezer na het lezen van de flyer nog iets doet: een website bezoeken, een formulier invullen of een e-mail sturen.

In een flyer kun je niet veel informatie kwijt. Het is tenslotte geen website of boek. Zet alleen de belangrijkste zaken erin. Daarvoor zul je eerst een goede samenvatting moeten maken, zodat je weet wat de belangrijkste zaken zijn.

Slide 8 - Slide

Flyer - Tips
1. Doel en publiek
Voor wie schrijf je je flyer en wat wil je bereiken? Pas je taalgebruik hierop aan.
2. Duidelijke boodschap
Stem lay-out en inhoud op elkaar af. Zorg dat de hoofdgedachte duidelijk is.
3. Opbouw: A - P - A
Aandacht - Productinformatie - Actie

Slide 9 - Slide

Flyer - Tips
4. Kort en krachtig
Zorg ervoor dat de informatie snel duidelijk is en dat je tot de kern komt. Gebruik hiervoor je samenvatting.
5. Aantrekkelijk en opvallend
Zorg ervoor dat je flyer opvalt, dat mensen hem willen lezen.

Slide 10 - Slide

Deze week 
-Kies onderwerp
-Maak een woordweb
-Bepaal je doel (informeren, activeren, ...) en publiek
-Kies drie betrouwbare bronnen 

Nu: les 2 doorwerken en inleveren

Slide 11 - Slide

De opdracht - vwo
Situatie
Een online-kwaliteitskrant legt een dossier aan over het dilemma van de maakbare mens en is daarom op zoek naar geschikte artikelen om hierin op te nemen. Jij besluit een tekst in te sturen: dit kan een informatief artikel zijn of een opiniestuk.

Slide 12 - Slide

De opdracht - vwo
Het artikel
Schrijf een artikel voor de online-kwaliteitskrant. Voor het artikel gebruik je minimaal drie bronnen waar je in je tekst naar verwijst. Voor twee van de drie bronnen mag je gebruikmaken van de bronnen die in de lessen worden aangeboden: je gebruikt dan bijvoorbeeld Karo-één punt nul en een van de bronnen die later in deze les aan de orde komen. Je zoekt er zelf dan nog minimaal één bron bij. Je mag ook drie ‘nieuwe’ bronnen gebruiken. De lengte van je artikel is 600 tot 800 woorden.

Slide 13 - Slide

Deze week 
-Kies: maakbare mens of maakbare wereld
-Kies een onderwerp
-Bepaal je doel (informeren of opiniëren) en je publiek
-Kies bronnen


Nu: les 2 doorwerken en inleveren

Slide 14 - Slide

Samenvatten
1. Hoe pak jij het maken van een samenvatting altijd aan?

2. Heeft de bron invloed op jouw aanpak (tekst, video, podcast)?

3. Heeft het doel (leren voor toets, gebruiken voor schrijfopdracht) invloed 
     op jouw aanpak?

Slide 15 - Slide

Samenvatten
Hoofdzaken:  delen van de tekst die écht nodig zijn om de tekst te begrijpen

Bijzaken:  minder belangrijke onderdelen van de tekst (toelichting,                                              voorbeelden)

Slide 16 - Slide

Manieren
1. Mindmap
     Zie filmpje

2. Markeren
     Zie filmpje

Slide 17 - Slide

Nu
Kies een bron en pas één van beide manieren toe: markeren of mindmappen.

Werk je samen, dan kies je allebei een andere bron.

Les 3: opdr 3 + 4 maken en inleveren

Slide 18 - Slide