De Geheimen van Erfelijkheid en DNA

De Geheimen van Erfelijkheid en DNA
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De Geheimen van Erfelijkheid en DNA

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les zul je begrijpen hoe erfelijkheid en DNA werken en hoe eigenschappen worden doorgegeven van ouders op kinderen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over erfelijkheid en DNA?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is DNA?
DNA is de genetische code die alle informatie bevat die nodig is voor de groei, ontwikkeling, functioneren en reproductie van organismen.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Erfelijkheid
Erfelijkheid is het proces waarbij genetische informatie van ouder op kind wordt doorgegeven, wat resulteert in overeenkomstige eigenschappen tussen ouders en kinderen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Genen en Allelen
Genen zijn de eenheden van erfelijkheid die specifieke eigenschappen bepalen, terwijl allelen verschillende vormen van een gen vertegenwoordigen.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Genetische Overerving
Genetische overerving volgt bepaalde patronen, zoals dominantie, recessiviteit en codominantie, die de expressie van eigenschappen beïnvloeden.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Mutaties
Mutaties zijn veranderingen in het DNA die kunnen leiden tot variaties in eigenschappen en evolutie van organismen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

DNA Technologie
DNA-technologieën, zoals genetische modificatie en DNA-sequencing, worden gebruikt om genetische informatie te bestuderen en te manipuleren.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Toepassingen en Implicaties
Kennis van erfelijkheid en DNA heeft toepassingen in de landbouw, geneeskunde en forensisch onderzoek, en brengt ethische en maatschappelijke vraagstukken met zich mee.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.