Koppelteken

Koppelteken en Afbreekregels
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Koppelteken en Afbreekregels

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Schrijf de volgende woorden zo kort mogelijk op. Gebruik hiervoor een streepje (-) als dat nodig is.
paardenmest en koeienmest

Slide 18 - Open question

Schrijf de volgende woorden zo kort mogelijk op. Gebruik hiervoor een streepje (-) als dat nodig is.
grote gebouwen en kleine gebouwen

Slide 19 - Open question

niet chronologisch
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 20 - Quiz

auto onderdeel
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 21 - Quiz

rij examen
A
Met koppelteken
B
Zonder koppelteken (aan elkaar)

Slide 22 - Quiz

Goed of fout?
antirimpelcrème
A
goed
B
fout

Slide 23 - Quiz

Goed of fout?
antiRussisch
A
goed
B
fout

Slide 24 - Quiz

Schrijf met een weglatingsstreepje:
wiskunde en natuurkunde

Slide 25 - Open question

Goed of fout?
makkelijke - en moeilijke toetsen
A
goed
B
fout

Slide 26 - Quiz

Goed of fout?
keel-, neus- en oorarts
A
goed
B
fout

Slide 27 - Quiz

Welk woord is niet goed afgebroken?
(of niet goed in lettergrepen verdeeld)
A
van-mid-dag
B
Deurs-topper
C
stem-pe-len
D
pa-pie-ren

Slide 28 - Quiz

Welk woord is niet goed afgebroken?
(of niet goed in lettergrepen verdeeld)
A
te-le-foon
B
voer-tuig-en
C
om-ge-ving
D
verkeers-borden

Slide 29 - Quiz

Hoe kan je het woord: makkelijk - afbreken?

Slide 30 - Open question

Hoe kan je het woord: ingewikkeld - afbreken?

Slide 31 - Open question